Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... ·...

82
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN Wetenschappelijke verhandeling Aantal woorden: 23.120 Maarten De Ruyck MASTERPROEF MANAMA CONFLICT AND DEVELOPMENT PROMOTOR : Prof. Dr. Christopher Parker COMMISSARIS : Dr. Brecht De Smet COMMISSARIS : Dr. Sigrid Vertommen ACADEMIEJAAR 2010 - 2011 ¿Agro sí, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

Transcript of Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... ·...

Page 1: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

UNIVERSITEIT GENT

FACULTEIT POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN

Wetenschappelijke verhandeling

Aantal woorden: 23.120

Maarten De Ruyck

MASTERPROEF MANAMA CONFLICT AND DEVELOPMENT

PROMOTOR: Prof. Dr. Christopher Parker

COMMISSARIS: Dr. Brecht De Smet

COMMISSARIS: Dr. Sigrid Vertommen

ACADEMIEJAAR 2010 - 2011

¿Agro sí, mina no?

Golven van sociale dynamieken

binnen de controverse

rond het mijnbouwproject Rio Blanco

in Huancabamba, Noord-Peru.

Page 2: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

2

Cinco siglos

Ellos vinieron diciendo Que éramos unos salvajes

A los que tenían que civilizar Luego de quemar robar

Pedir rescates para liberar Empezaron a adoctrinar

En nombre de un ser desconocido Empezaron a perseguir

Todo el conocimiento ancestral

Y al ver correr la sangre de nuestro pueblo Durante estos cinco siglos

Veo que la rebelión se justifica Y que nadie la puede detener

Luego vinieron del norte

Diciendo que éramos atrasados A los que tienen que desarrollar

Después de quedarse con nuestro suelo Nuestro petróleo, nuestro mares

Empezaron a dictaminar Poniendo gobiernos títeres

Para poderlos manejar Y así nuestro pueblo poderlo más sangrar

Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver

Por fin nuestra patria en libertad

Mario Tabra

*Mario tabra is een lokale leider en activist in Ayabaca.

Hij was één van de 32 burgers die in 2005

ontvoerd en gemarteld werd door het mijnbouwbedrijf.

Page 3: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

3

VOORWOORD

Vooreerst ontzettend veel dank aan mijn ouders. Omdat ze de maandenlange

uithuizigheid van hun sympathiekste zoon moesten weten te verwerken. Voor de nodige

peptalks in Piura. Voor alle steun tijdens mijn verblijf in Peru. Enorme dank aan mijn

vader voor zijn taalkundige eindcontrole van deze masterproef.

Dank aan prof. Dr. Christopher Parker voor het promotorschap.

Voorts een woord van dank aan allen die mij geholpen hebben bij mijn onderzoek in

Huancabamba:

Aan Tom van den Steen van Catapa voor het leggen van veel belangrijke

contacten in Peru.

Aan Mariatherese voor de enorme hoeveelheid informatie

Aan Gerardo Chamba voor de geruststelling van mijn gemoed bij het

afgrondschouwspel op weg naar Huancabamba.

Aan Manuel Guerrero, Benito Guarnizo en Maria Esther uit Huancabamba.

Een enorme waardering in het algemeen voor de gemeenschap Segunda y Cajas. Voor

hun warme ontvangst en hun vertrouwen. Voor het zeer leerrijke verblijf. Voor hun strijd

om meer sociale en ecologische rechtvaardigheid.

Tenslotte dank aan iedereen die mijn verblijf in Peru tot een onvergetelijke ervaring

heeft gemaakt.

Page 4: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

4

ABSTRACT

Het aanmoedigingsbeleid voor buitenlandse mijnbouwinvesteringen in Peru, gegroeid sinds

de jaren 1990, verschafte het land een enorme economische groei. Maar de ruimtelijke

reorganisatie van het land die de boomende mijnbouwsector met zich meebracht, gebeurde

en gebeurt nog steeds zonder of met heel weinig inspraak van de inheemse

gemeenschappen. Het zeer hoge aantal sociaal-ecologische verdelingsconflicten dat deze

economische ontwikkeling veroorzaakte, stelt de nieuwe Peruaanse nationale regering voor

een enorme uitdaging. Eén van deze sociale conflicten is de ecologische strijd van de

inheemse gemeenschappen Yanta en Segunda y Cajas tegen het mijnbouwproject Río Blanco

in Noord-Peru. Sinds het begin van het conflict in 2003 vielen al zeven dodelijke slachtoffers

te betreuren door gewelddadige, rechtstreekse confrontaties tussen bevolking, politie en

veiligheidsbedrijf.

In deze masterproef willen we nagaan welke sociale dynamieken zich ontwikkelen in de

provincie Huancabamba tijdens dit sociale conflict. Aan de hand van participerende

observatie en kwalitatieve informele interviews bij de lokale bevolking van de gemeenschap

Segunda y Cajas in de provincie Huancabamba, wensen we na te gaan welke impact deze

sociaal-ecologische strijd heeft op de relaties binnen de boerengemeenschap. We zullen

merken dat onder meer de machtsrelaties tussen man en vrouw wijzigden als gevolg van het

lokaal activisme. Daarnaast bekijken we ook hoe het mijnbouwbedrijf en de NGO’s

belangrijke actoren worden in het grassrootsactivisme van de gemeenschap. Opvallend is

ook dat de publieke opinie tegenover NGO’s in de provincie Huancabamba hierbij niet

eenduidig positief is. Voorts zullen we zien in welke mate de slechte, economische situatie

van de lokale boeren in deze provincie ervoor zorgt dat niet iedereen meestrijdt tegen het

mijnbouwproject.

Page 5: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

5

INHOUDSTABEL

Abstract ..............................................................................................................................................4

1. Inleiding ......................................................................................................................................7

2. Mijnbouw en conflict in Peru..................................................................................................... 10

2.1. Mijnbouw als booming sector................................................................................................. 10

2.2. Mijnbouw, democratie en sociale conflicten........................................................................... 14

3. Het mijnbouwproject Río Blanco in Noord-Peru ........................................................................ 19

3.1. De noordelijke sierra en Huancabamba als setting.................................................................. 19

3.2. Río Blanco: een verhaal van hevig lokaal protest: een beknopte chronologische bespreking ... 19

3.3. Een toename aan sociale actoren ........................................................................................... 23

4. Sociale mobilisatie als antwoord op een bedreigde livelihood ................................................... 31

4.1. De ecologische ‘overshoot’ van onze economische ontwikkeling ............................................ 31

4.2. Een nieuwe vorm van ecologisch bewustzijn: het ecologismo popular .................................... 33

4.3. Collectieve actie als verdediging van de eigen livelihood ......................................................... 35

5. Een strategische framekeuze en veranderende sociale relaties in de strijd tegen het Río Blanco-

project .............................................................................................................................................. 35

5.1. Collectieve actieframes als mobilisatiemiddel ......................................................................... 36

5.2. Framing in de strijd tegen het Río Blanco-project ................................................................... 36

5.2.1. Verschillende strategieën voor weerstand ....................................................................... 38

5.2.2. Etniciteit als bindmiddel .................................................................................................. 38

Page 6: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

6

5.2.3. ‘La naturaleza es la vida’.................................................................................................. 40

5.2.4. De rol van gender in het collectief actieframe .................................................................. 43

5.3. Veranderende genderrelaties ................................................................................................. 47

5.4. Van verbondenheid naar wantrouwen binnen de gemeenschap Segunda y Cajas ................... 49

6. Dynamieken binnen het activisme van sociale bewegingen ....................................................... 53

6.1. Economische situatie en houding van regering: belangrijke factoren in het protest ................ 58

6.2. Counter mobilization van het mijnbouwbedrijf ....................................................................... 58

6.3. NGO’s onder vuur in de provincie Huancabamba.................................................................... 63

6.3.1. Vertegenwoordiging van de rondas campesinas .............................................................. 67

6.3.2. Het volk aan het woord: ‘Corruptie en eigenbelang’ ........................................................ 67

7. Besluit ....................................................................................................................................... 69

8. Literatuurlijst ............................................................................................................................ 73

Page 7: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

7

1. INLEIDING

Tijdens één van mijn vele busverplaatsingen in Peru, stuit ik in de Peruaanse krant op een artikel over

lokale protesten tegen een mijnbouwproject. Voor de zoveelste keer. Bijna dagelijks staan de lokale

kranten gevuld met artikels over sociale conflicten in Peru. Omdat ik deze keer het dorp, waar de

confrontatie tussen de lokale bevolking en de politie aan de gang is, niet kan lokaliseren, besluit ik de

landkaart erbij te nemen. Nog voor ik deze kan openplooien, zie ik vanuit mijn ooghoek de naam van

het dorp verschijnen op een bord langs de straatkant. Even verder is de straat vernauwd door

versperringen. Een enorme politiemacht zit voor zijn tijdelijk tentenkamp te wachten om de orde te

handhaven bij eventueel nieuwe protestacties van de lokale bevolking. Het is meteen duidelijk: de

dialoog is hier ver zoek. Hier heersen de haat en de repressie.

Het is een typerend beeld van de harde realiteit in Peru: het land kampt vandaag met meer dan 200

sociale conflicten. Het grootste deel van deze protesten vanuit de lokale bevolking is het gevolg van

de (toekomstige) inplanting van een grootschalig mijnbouwproject, waarbij de lokale burger vooraf

niet of nauwelijks geraadpleegd werd. Sinds de jaren 1990 kende de ontginningssector in Peru,

omwille van een stijgende vraag naar grondstoffen en een aanmoedigingsbeleid van de regering

Fujimori, een enorme boom. De mijnbouwsector werd één van de belangrijkste motoren voor de

economische groei in Peru. Maar de kritiek groeide op het feit dat de winsten uit de extractie-

industrie enkel naar een kleine groep begunstigden vloeit en niet of nauwelijks de lokale

economische situatie ten goede komt. In het eerste hoofdstuk van deze masterproef bespreken we

de Peruaanse context waarin de groeiende mijnbouwsector en de bijhorende sociale conflicten

plaatsvinden.

Eén van de actieve sociale conflicten in Peru woedt in de provincie Piura, in het Noorden van Peru. In

2003 verkreeg een Brits bedrijf een aantal concessies om het mijnbouwproject Río Blanco op te

starten. De Peruaanse regering heeft hierbij nooit de gemeenschappen Segunda y Cajas en Yanta, op

wiens gronden de concessies zich bevinden, geconsulteerd. Het mijnbouwproject Río Blanco is

hierdoor, onder meer volgens de Peruaanse landwet, illegaal. In het tweede hoofdstuk schetsen we

de context van het mijnbouwproject, waarbij we vooral focussen op de provincie Huancabamba,

waar het onderzoek voor deze masterproef is uitgevoerd.

Page 8: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

8

In plaats van de boeren van de gemeenschap Segunda y Cajas als passieve slachtoffers weer te

geven, heb ik onderzocht op welke wijze zij hun agency inzetten om verandering te brengen in hun

bedreigde situatie. We bekijken daarom eerst hoe de strijd tegen het Río Blanco-project deel

uitmaakt van een bredere beweging die vecht voor een sociale en ecologische rechtvaardigheid. We

gaan na hoe de negatieve gevolgen van onze economische ontwikkeling een nieuwe vorm van

ecologische bewustzijn deed ontstaan, namelijk het ecologismo popular. Deze term vond ingang door

Martinez-Alier, die het verband legde tussen armoede, milieudegradatie en ecologische

rechtvaardigheid. We zullen zien hoe bij het ecologismo popular de focus vooral komt te liggen op de

verdelingsaspecten binnen ecologische conflicten.

Met deze masterproef wil ik van dichtbij bekijken hoe de lokale boeren van de gemeenschap

Segunda y Cajas zich verenigen in de strijd tegen het mijnbouwproject Río Blanco. Daarbij wens ik na

te gaan welke rol (internationale) NGO’s en andere sociale organisaties spelen in de mobilisatie van

de inheemse bevolking. Het conflict escaleerde snel. Sinds het begin van de strijd tegen het

mijnbouwproject vielen er al zeven doden door rechtstreekse conflicten. Vooral de

boerengemeenschap Segunda y Cajas werd zwaar getroffen. Bovendien wou ik nagaan hoe het

sociale conflict een impact heeft op het dagelijkse leven van de lokale boeren. De focus gaat naar de

impact op de sociale relaties binnen de gemeenschap. Om mijn hoofdvraag ‘Welke sociale

dynamieken spelen er zich af tijdens de strijd tegen het mijnbouwproject Río Blanco binnen de

provincie Huancabamba?’ te kunnen onderzoeken, gebruikte ik de volgende onderzoeksvragen:

Op welke manier worden de lokale boeren gemobiliseerd in de mijnbouwstrijd?

Welke impact heeft het activisme op de sociale relaties binnen de gemeenschap Segunda y

Cajas?

Welke dynamieken zijn bepalend voor de context van het activisme van sociale bewegingen?

Deze vragen behandelen we in de twee laatste hoofdstukken van deze masterproef. In deze twee

laatste hoofdstukken gaat de aandacht eerst naar de keuze van een collectief actieframe in de strijd

tegen het mijnbouwproject en de gevolgen daarvan op de sociale relaties binnen de gemeenschap. In

het hoofdstuk daarop bekijken we welke dynamieken in de strijd zich voordoen in de provincie

Huancabamba door de komst van het mijnbouwbedrijf en (internationale) NGO’s.

Page 9: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

9

Methoden en technieken

Om op deze onderzoeksvragen een antwoord te krijgen, verbleef ik van januari tot maart 2011 in de

stad Huancabamba. De keuze om mij in mijn onderzoek enkel te richten op de gemeenschap

Segunda Y Cajas, en dus niet op de boerengemeenschap Yanta in Ayabaca, die eveneens strijdt tegen

het Río Blanco-project, was vooral ingegeven door praktische overwegingen. De bereikbaarheid

speelde bijvoorbeeld een grote rol. De afstand tussen de verschillende caserios of gehuchten van de

gemeenschap Segunda y Cajas vanuit de stad Huancabamba, waar ik woonde, was dagelijks

gemakkelijk overbrugbaar. De caserios van de gemeenschap Yanta zijn daarentegen veel moeilijker

bereikbaar vanuit de stad Ayabaca. Dagelijks één van deze caserios bereiken, was bijgevolg praktisch

een moeilijke opdracht. Bovendien wou ik in een relatief korte periode zoveel mogelijk informatie

verzamelen door interviews en observaties. Omwille van het grote wantrouwen tegenover

buitenlanders bij de lokale boeren, duurde het een hele tijd alvorens ik het volledige vertrouwen van

het grootste deel van de gemeenschap kreeg.

Voor mijn onderzoek maakte ik vooral gebruik van verschillende kwalitatieve onderzoeksmethoden,

waarvan participerende observatie, informele interviews en groepsgesprekken de belangrijkste

waren. In totaal nam ik vijftien interviews af van lokale boeren, vertegenwoordigers van de

gemeenschap en de burgemeester van Huancabamba. Daarnaast organiseerde ik een groepsgesprek

met tien inwoners van de caserio Cumbicus, waarvan het merendeel vrouwen waren. De interviews

werden opgenomen met een dictafoon. Eén kanttekening daarbij echter: tijdens een interview

met behulp van dictafoon praatten mijn informanten beduidend minder openhartig. Vandaar dat

informele gesprekken met de lokale bevolking, zonder dictafoon, tevens een zeer belangrijke

onderzoeksstrategie was. Voorts was ik aanwezig op enkele samenkomsten van de gemeenschap,

onder meer op een vergadering van de gemeenschap Segunda Y Cajas met de burgemeester van

Huancabamba. Ook mijn observaties tijdens de feestelijke bijeenkomst voor de verjaardag van de

gemeenschap waren zeer nuttig voor deze masterproef. De interviews voor deze masterproef

werden uitgevoerd in vier verschillende caserios, namelijk Cumbicus, Cajas Tres Acequias, Cajas

Shapaya en Cajas Canchaque.

Naast deze rechtstreekse informatiebronnen heb ik ook gebruik gemaakt van informatie uit lokale

kranten, archieven van de gemeenschap en sociale organisaties, petities en video’s over het project

van NGO’s en van het bedrijf zelf.

Page 10: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

10

2. MIJNBOUW EN CONFLICT IN PERU

“El Perú... ¿Un mendigo sentado en un banco de oro?”

“Peru...een bedelaar,

zittend op een troon van goud?”

(Antonio Raimondi)

2.1. MIJNBOUW ALS BOOMING SECTOR

Peru heeft een lange geschiedenis van exploitatie van mineralen. Al gedurende de Incacultuur in de

zestiende eeuw en later tijdens de Spaanse koloniale bezetting, was de mijnbouwsector een zeer

belangrijke economische activiteit in Peru. Echter, aan het begin van de zeventiende eeuw raakten

de belangrijkste zilvermijnen in het land uitgeput. De gehanteerde ontginningstechnieken haalden

steeds minder opbrengsten. Pas in de jaren 1990 herleefde de Peruviaanse mijnbouwsector door een

stijgende vraag naar grondstoffen, maar ook door middel van de zogenaamde ‘nieuwe mijnbouw’,

gekenmerkt door het gebruik van modernere en goedkopere technologieën. Door deze

modernisering werd het nu ook rendabel om gebieden met slechts lage concentraties aan mineralen

te ontginnen (Bebbington et al., 2007, p. 7; Moeskops, 2007, p. 3; De Echave et al., 2009, p. 15).

Het was in deze beginperiode van ‘nieuwe mijnbouw’ dat president Alberto Fujimori tijdens zijn

eerste mandaat enkele belangrijke structurele economische hervormingen doorvoerde. Het beleid

richtte zich voortaan op de modernisering van de economie aan de hand van privatisering,

liberalisering en het binnenhalen van buitenlandse investeringen, vooral ook in de mijnbouwsector.

Een groot aantal belangrijke mijnbouwbedrijven startte in de jaren 1990 met exploitatieactiviteiten

in Peru. Mede door de verhoogde vraag naar grondstoffen, boomde de Peruviaanse mijnbouwsector

met een verbluffende snelheid. Tussen 1990 en 2000 vervijfvoudigden de investeringen in de

mijnbouwsector in Peru. Eind jaren 1990 leefde ongeveer 55 procent van de Peruviaanse

boerengemeenschappen in een gebied dat op een bepaalde manier beïnvloed werd door een

mijnbouwproject (Bebbington et al., 2007, p. 7; Moeskops, 2007).

Page 11: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

11

Sindsdien heeft Peru zich ontwikkeld tot de belangrijkste producent van zilver in de wereld.

Daarnaast is het land ook één van de grootste leveranciers van koper, zink en goud (Moeskops, 2007;

Salazar, 2010). De concurrentiekracht van Peru in de wereldwijde mijnbouwindustrie neemt elk jaar

toe. De grote aantrekkingskracht voor mijnbouwinvesteringen in Peru is vooral het gevolg van een

toenemende politieke stabiliteit en een aanmoedigingsbeleid van de overheid. De mijnbouw

vertegenwoordigt in Peru ondertussen ongeveer 60 procent van de totale inkomsten uit export

(Salazar, 2008). Het aantal mijnbouwconcessies rijzen de laatste jaren als paddenstoelen uit de

grond: de laatste twintig jaar telt het land tien keer meer gebieden, bestemd voor mijnbouw (Nores,

2010; Observatorio de Conflictos Mineros en el Perú, 2011).

Bovendien blijven de metaalprijzen ondertussen steeds verder stijgen. De groei in de

mijnbouwsector zou dus tot een enorme economische groei en tevens armoedevermindering

moeten leiden. Toch lijkt deze stijgende economische welvaart niet meteen een grote invloed te

hebben op het reduceren van de kloof tussen rijk en arm. Peru behoort nog steeds tot de armste

landen van Zuid-Amerika. Volgens Gambetta (2009, p. 15) is dit onder meer het gevolg van een

inefficiënte toepassing van sociale programma’s en een slecht armoedereductiebeleid van de

Peruaanse regering.

Er heerst dan ook heel veel kritiek op het mijnbouwbeleid van de regering onder president Alan

García. Vooral het gunstige belastingsbeleid stuit op veel verzet. De royalty tax, als gevolg van de

zeer hoge metaalprijzen, is in Peru met één tot drie procent relatief laag. Bovendien blijven veel

grote mijnbouwbedrijven gespaard van deze royalty’s. Deze regeling is het resultaat van vorige

contracten gedurende de regering Fujimori, maar werd ook in 2006, ondanks een andere

verkiezingsbelofte, gehandhaafd door de regering García (Salazar, 2008; Business Monitor

International, 2010). Wel werd een ‘vrijwillige bijdrage’ ingevoerd waarbij de grote

exploitatieondernemingen geld leveren aan een gelijkheidsfonds voor armoedebestrijding. Ongeacht

het feit dat verscheidene fondsen, in het leven geroepen door mijnbouwbedrijven, de lokale

ontwikkeling proberen te bevorderen, rijzen er toch ook heel wat twijfels over deze fondsen. Vooral

het gebrek aan transparantie veroorzaakt veel wantrouwen. Wordt het geïnde geld van de fondsen

wel eerlijk verdeeld? En wordt het geld wel degelijk aan de lokale gemeenschappen bezorgd?

(Salazar, 2006; Moeskops, 2007, p. 14-17).

Het contrast tussen deze vrijwillige bijdrage en de inkomsten voor de bedrijven blijft bovendien

ontzettend groot, waardoor het debat om mijnbouwbedrijven meer royalty’s te laten betalen, steeds

weer oplaait. Volgens critici zijn de voorwaarden wel voor de bedrijven verbeterd, maar kunnen de

lokale boerengemeenschappen niet of nauwelijks van deze winsten genieten. Bovendien blijft het

Page 12: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

12

enkel de lokale bevolking die voor de kosten moet opdraaien. De gezondheidsproblemen en de

enorme milieuschade als gevolg van mijnbouwactiviteiten betekenen voor de lokale bevolking

immers steeds een groot inkomensverlies (Moeskops, 2007; Gonzalez, 2007). De Wereldbank stelde

al in 2005 dat “de politieke wil in Peru te zwak is om de ecologische gevolgen van mijnbouw op te

vangen” (Bebbington et al., 2007, p. 8). Volgens de Wereldbank investeert Peru te weinig om de

enorme kosten voor het bestrijden van de milieuvervuiling te kunnen dekken en investeert het

daarnaast te weinig in onderzoek naar meer duurzame technologieën (Salazar, 2008; Orihuela, 2008).

Ook de Peruviaanse economist Orihuela is niet optimistisch over het huidige Peruviaanse

mijnbouwbeleid: “Fortunately, Peru is still a very rich country in mineral resources. The clear truth

is that if there is no adequate mineral revenue allocation into other types of capital within the

sector, this activity will not be sustainable.” (Orihuela, 2008, p. 2).

Daarnaast is het helemaal niet zeker dat de mijnbouwsector in Peru wel degelijk ook bijdraagt tot de

lokale economische ontwikkeling. Peruaanse bedrijven voldoen meestal niet aan de technologische

eisen die de grote mijnbouwbedrijven voorop stellen, waardoor zij niet kunnen meegenieten van de

stijgende economische activiteiten. Als er al een ontwikkeling is van de lokale economie, dan zal deze

eerder voorkomen in Lima, aan de havens aan de kust en in belangrijke stedelijke gebieden in de

Peruaanse Sierra. Het is echter vrij onwaarschijnlijk dat armoedevermindering ook in de afgelegen

landbouwgebieden in de Andes of de Amazone, rondom de mijnen, echt realiteit zou worden

(Extractive Industries Review, 2003, p. 14; Moeskops, 2007; De Echave et al., 2009).

Patricia Gonzalez, onderzoekster bij het IDRC, stelt dat de ontginning van niet-hernieuwbare

grondstoffen verscheidene negatieve impacten met zich mee kan brengen, waardoor het van uiterst

belang is om een situatie te creëren waarin “the country, regions and localities in where mining

activity takes place have a direct share in the wealth produced by exploitation of their mineral riches

in a way that translates into an improvement in their inhabitants’ quality of life and level of well-

being. (IDRC, 2004, p.12)”.

Momenteel is ongeveer 15 procent van het grondgebied van Peru in concessie gegeven aan de

mijnbouw. Het overgrote deel van deze concessies bevindt zich in gebieden die traditioneel in het

bezit zijn van boeren en inheemse gemeenschappen (Catapa, 2010, p.3; Nores, 2010). Het gebrek

aan decentralisatie en burgerparticipatie in het Peruaanse mijnbouwbeleid zorgt er onder meer voor

dat het land te kampen heeft met verscheidene sociale conflicten (Moeskops, 2007, p. 24).

Page 13: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

13

Figuur 1: Kaart van de mijnbouwconcessies in Peru (november 2009)

(Bron: CooperAcción)

Page 14: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

14

2.2. MIJNBOUW, DEMOCRATIE EN SOCIALE CONFLICTEN

De voorbije jaren laaiden in Peru verscheidene hevige sociale conflicten op tussen de lokale

bevolking en mijnbouwbedrijven. De geschillen gaan vaak gepaard met rechtstreekse confrontaties

waarbij de materiële kosten hoog oplopen. Bovendien hadden ze al verscheidene keren het verlies

van mensenlevens tot gevolg (Moncloa, 2007, p. 13). Toch is de ontwikkeling van sociale conflicten,

als gevolg van mijnbouwactiviteiten, geen recent fenomeen. We zien dat gedurende de laatste

tientallen jaren de expansie van de mijnbouwsector in verschillende Zuid-Amerikaanse landen steeds

gepaard ging met de opkomst van een groot aantal conflicten tussen mijnbouwbedrijven en de lokale

bevolking (De Echave, 2004). Volgens José De Echave (2004, p. 4) veroorzaakt iedere versnelde groei

van mijnbouwactiviteiten een conflictueuze situatie waarbij lokale gemeenschappen antwoorden als

“ecosystem guardians in the face of an external stakeholder’s arrival”.

Volgens de rapporten van Defensoría del Pueblo, een nationale ombudsdienst die waakt over het

respect voor de mensenrechten, heeft Peru momenteel te kampen met 233 sociale conflicten. Maar

liefst 117 hiervan of 50,2 procent zijn sociaal-ecologische conflicten (Defensoría del Pueblo, 2011, p.

6). De sociale conflicten rond het thema milieu zouden tijdens de periode tussen 2002 en 2007 met

40 procent gestegen zijn (Salazar, 2008; Defensoría del Pueblo, 2011). Een groot deel van deze

sociaal-ecologische geschillen staat in verband met mijnbouwprojecten. Volgens het Defensoría del

Pueblo zou zeven op tien sociaal-ecologische conflicten in Peru veroorzaakt worden door een

mijnbouwproject (Bebbington et al., 2007, Fierro, 2010; Defensoría del Pueblo, 2009, 2011). Ondanks

het feit dat er in het laatste jaar een zeer lichte daling merkbaar is van het aantal nieuwe actieve

sociale conflicten, blijven de vele sociale onrusten bij de plaatselijke bevolking een prangend

probleem in Peru. De verdere uitbouw van de mijnbouwsector, met aandacht voor de rechten van

lokale gemeenschappen, is daarbij nog steeds één van de grootste actuele uitdagingen van Peru (De

Echave, 2004; Defensoría del Pueblo, 2011). In haar rapport ‘Los conflictos socioambientales por

actividades extractivas en el Perú’ verwoordt het Defensoría del Pueblo verscheidene aanbevelingen,

zowel voor de staat, de bedrijven, als voor de lokale gemeenschappen en sociale organisaties om de

dialoog tussen de betrokken partijen van een mijnbouwproject te bevorderen en voldoende

mechanismen in te bouwen die sociale conflicten kunnen voorkomen (Defensoría del Pueblo, 2007,

p. 54-76; El Comercio, 2007).

Sociale conflicten worden op de eerste plaats gecreëerd door verschillen in posities en doelstellingen

van de verschillende actoren. Deze onenigheden genereren spanningen en wrijvingen, die

Page 15: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

15

uiteindelijk soms uitmonden in permanente protesten en rechtstreekse gewelddadige confrontaties.

In gebieden gerelateerd aan mijnbouwprojecten zijn er tal van factoren die een verklaring kunnen

bieden voor het groot aantal sociale conflicten. Vaak heerst er bij het merendeel van de lokale

bevolking een negatieve beeldvorming over grootschalige mijnbouw als gevolg van de gekende

schadelijke effecten van de ontginningsprojecten. De verstoring van de lokale economieën, de

slechts beperkte opstoot van werkgelegenheid, de (verwachte) milieudegradatie,

gezondheidsproblemen en landproblematiek veroorzaken heel wat onvrede bij de lokale

gemeenschappen in mijnbouwgebieden, maar ook veel onrust bij de plaatselijke bevolking in nog

niet ontgonnen concessiegebieden. De gecreëerde verwachtingen voor een economische

ontwikkeling kunnen op het lokale niveau vaak niet ingelost worden en worden bovendien meestal

teniet gedaan door de veroorzaakte milieuschade (Moeskops, 2007). Deze onrust bij de lokale

boerengemeenschappen verklaart heel vaak het lokale protest en het ontstaan van gewelddadige

confrontaties. De plattelandsbevolking probeert de oorspronkelijke economische structuur, die hen

ten minste met zekerheid in hun levensonderhoud verzekerde, staande te houden. Het grootste

probleem is dus een gevolg van het gebrek aan een passende regeling met de plaatselijke bevolking

over het gebruik van de lokale natuurlijke bronnen (Moncloa, 2007, p. 15). De fundamentele

verschillen in de visies over de territoriale ontwikkeling van het platteland tussen de lokale

gemeenschappen en de mijnbouwbedrijven zijn bijgevolg stimulansen voor sociale conflicten die

nieuwe investeringen in projecten kunnen ontmoedigen, alsook de start van nieuwe projecten

kunnen vertragen (Moncloa, 2007; Tanaka et al., 2007; Bebbington et al., 2007, p. 9-10).

Daarnaast is de combinatie van de toepassing van nieuwe technologieën enerzijds, en snelle

prijsstijgingen voor mineralen op de wereldmarkt anderzijds, heel vaak de oorzaak van lokale

protesten. Beide contexten hebben er immers voor gezorgd dat bepaalde gebieden in Peru, die

vroeger nauwelijks gekend waren en als niet erg commercieel attractief gezien werden in de

ontginningsindustrie, nu ook bijzonder rendabel werden voor extractieactiviteiten.

Mijnbouwprojecten werden en worden bijgevolg nu ook gepland in gebieden die traditioneel geen

mijnbouwtraditie hebben. Een groot deel van de hevigste conflicten doen zich voor in dergelijke

gebieden. Ook het mijnbouwproject Río Blanco in Piura is hier een uitstekend voorbeeld van

(Bebbington et al., 2007, p. 9).

Page 16: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

16

Ongelijke machtsverhoudingen

Om deze sociale conflicten af te stoppen, moet er in de eerste plaats ‘een dialoogcultuur’ komen,

waarin op een geïnstitutionaliseerde wijze zowel staat, regering, verschillende autoriteiten,

mijnbouwbedrijven, lokale gemeenschappen, sociale organisaties en media participeren (Expreso,

2011). Het Defensoría del Pueblo ziet op dit gebied al enkele positieve tendensen en wijst onder

meer op het ontstaan van beduidend meer platformen voor een permanente dialoog. De

ombudsdienst omschrijft de belangrijkste werkpunten hieromtrent als “de blijvende inzet voor meer

dialoog, de continue oproep voor de beslechting van geschillen door middel van de rechtsstaat en de

dringende eis dat alle betrokken partijen binnen sociale conflicten de fundamentele rechten van

iedereen waarborgen” (Defensoría del Pueblo, 2010, p. 12).

Toch blijkt steeds weer dat het niet evident is om evenwichtige platformen voor een permanente

dialoog rond mijnbouwprojecten levendig te houden. Het is opvallend dat het optreden van de staat

momenteel eerder gericht is op een reactieve dialoog, met andere woorden op het herstellen van de

eensgezindheid, de demobilisatie van protesten, het minimaliseren van de gevolgen van

confrontaties en het vermijden van eventuele herhalingen van deze protesten (Tanaka et al., 2007, p.

9). Bovendien zien we dat ongelijke machtsverhoudingen tussen de verschillende actoren een

evenwichtige dialoogcultuur vaak in de weg staan. De relaties tussen de staat, mijnbouwbedrijven en

lokale gemeenschappen worden immers gekenmerkt door een enorme asymmetrie. Niet enkel, zoals

hierboven gesteld, op het vlak van posities en doelstellingen, maar ook in verband met een ongelijke

toegang tot politieke macht, informatiebronnen en communicatieplatformen (Bebbington et al.,

2007, p. VII).

Zo is het bijvoorbeeld belangrijk dat in de discussie over het economische potentieel van het

platteland ook de opinie van de lokale gemeenschappen voldoende gemediatiseerd wordt, zodat hun

visies kunnen dialogeren met de doelstellingen van de staat en van de extractie-industrie.

Bebbington et al. (2007) merken op dat de Peruaanse pers wel degelijk een belangrijke rol speelt in

deze debatten. Door aandacht te schenken aan de pijnpunten van het beleid rond

mijnbouwprojecten, kan de pers constructief bijdragen aan een betere dialoog. Toch hebben,

volgens het rapport van de Peru Support Group, bepaalde gedrukte media het conflict over

mijnbouw alleen maar aangewakkerd (Bebbington et al., 2007, p.10). Zo wordt over deze sociale

conflicten heel vaak in termen van terrorisme of militarisering gesproken, zoals ook gebeurd is bij de

Río Blanco case (Bebbington et al., 2007, p. 10; Aprodeh, n.d.).

Page 17: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

17

Naast de demonisering van het sociale protest, merken we dat ook andere factoren een

evenwichtige dialoogcultuur in de weg staan. Gedurende de laatste jaren zien we bijvoorbeeld dat de

staat het definitieve antwoord over de industriële ontwikkeling van verscheidene gebieden pas

bekend maakt, wanneer de mijnbouwbedrijven hun concessies al in handen hebben. Met andere

woorden: in de meerderheid van de gevallen hebben de gemeenschappen en hun lokale autoriteiten

geen inbreng gehad in het debat over de toekomst van hun grondgebied. De extractieve rechten die

verleend worden aan de bedrijven overlappen immers ook de landeigendomsrechten van agrarische

gemeenschappen en van lokale boeren. Landeigendomsrechten worden vaak genegeerd met het

argument dat natuurlijke grondstoffen eigendom zijn van de staat, die dus de soevereine macht

heeft over het gebruik en de exploitatie ervan. De lokale bevolking beschikt in de realiteit bijgevolg

niet over het recht om te beslissen wat er gebeurt op hun land, mede ook doordat het MINEM

besloot de lokale gemeenschappen geen vetorecht te verlenen in de discussie over de

mijnbouwactiviteiten in hun regio. Volgens het Defensoría del Pueblo zou, bij het bestaan van een

dergelijk vetorecht, in de meerderheid van de gevallen, exploratie voor mijnbouw niet haalbaar zijn

(Moeskops, 2007; Bebbington et al., 2007, p. 10; Moncloa, 2007, p. 18).

Het onvoldoende respect voor de rechten van lokale gemeenschappen veroorzaakt een enorme

polarisatie in extreme conflicten, die gekenmerkt worden door confrontaties tussen de

gemobiliseerde burger, de staat als eigenaar van de natuurlijke grondstoffen en de

mijnbouwbedrijven als concessiehouders. Alejandra Alayza Moncloa (2007, p. 20) ziet in deze

conflicten de uitdrukking van “een extreme zwakte van de staat bij de regulering van de

ontginningsindustrie en bij de respectering van de rechten van de lokale bevolking”. De kritiek op het

Ministerie van Energie en Mijnen, het MINEM, laait dan ook steeds weer op. Het MINEM wordt

gezien als de belangrijkste instantie voor de promotie van mijnbouwprojecten, alsook voor de

controle en regulering van de bedrijven. Vooral de naleving van de sociale en ecologische

verbintenissen door de mijnbouwbedrijven is hierbij een belangrijk aspect. Critici wijzen op een

gebrekkige regulering en controle door het MINEM en betreuren dat deze overheidsdienst vooral

wantrouwen creëert bij de lokale bevolking. Met nog meer conflictsituaties als gevolg (Bebbington

et al., 2007; Moncloa, 2007; De Echave et al., 2009).

Een constante in de mijnbouwgeschillen is eveneens de vraag van de lokale bevolking naar meer

informatie over de projecten en hun economische, ecologische en sociale gevolgen. De

ombudsdienst Defensoría del Pueblo vermeldt steeds opnieuw in haar rapporten dat de inspraak van

de lokale bevolking nog steeds onvoldoende is om een effectieve participatie van de lokale

Page 18: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

18

gemeenschappen te garanderen en om hun bezorgdheid over de negatieve gevolgen van dergelijke

projecten serieus te nemen (Defensoría del Pueblo, 2010).

Sociale conflicten tussen de ontginningsindustrie, staat en lokale gemeenschappen zijn zeer

gecompliceerd en ontstaan in een sociale context waar verschillende krachten op elkaar inwerken.

De huidige, onhoudbare situatie is een duidelijk signaal voor de Peruaanse staat, die, via een

bemiddelende rol, de bescherming van de rechten van de lokale gemeenschappen moet garanderen.

Want in het dilemma ‘mijnbouw versus landbouw’ bestaat immers geen sluitend en geen definitief

antwoord. Terwijl de staat en de mijnbouwbedrijven een toekomstige welvaart via landbouw

associëren met een blijvende armoede op het platteland, proberen lokale actoren steeds weer aan te

tonen dat het onzeker is of mijnbouw de lokale ontwikkeling significant zal bevorderen (Moncloa,

2007; De Echave, 2009).

Ondertussen heerst ook veel ongerustheid over een sterke protestlobby binnen de staat en de

buitenlandse bedrijven in Peru. Dat blijkt onder meer uit documenten, die dateren van 2005 en

recent via Wikileaks zijn gelekt. Bovendien werd daardoor duidelijk dat bedrijven en de Peruaanse

regering samenwerken om de leiders van het verzet tegen mijnbouw op de voet te volgen. De

documenten bewijzen “de nauwe dialoog tussen buitenlandse ambassades en mijnbouwbedrijven in

Peru, de gedeelde ongerustheid over het protest van lokale actoren, en de voorgestelde mechanismes

om dat protest te fnuiken” (Willems, 2011). Er wordt eveneens met argwaan gekeken naar

internationale NGO’s die de ongeschoolde lokale bevolking manipuleert en desinformeert, om op die

manier een anti-mijnbouwhouding door te drukken. De indirecte financiering van lokaal protest door

NGO’s wordt hierbij ook geviseerd (Expreso, 2011; The Guardian, 2011; Willems, 2011).

Page 19: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

19

3. HET MIJNBOUWPROJECT RÍO BLANCO IN

NOORD-PERU

3.1. DE NOORDELIJKE SIERRA EN HUANCABAMBA ALS SETTING

In het Noorden van Peru, op minder dan 50 kilometer van de Ecuadoriaanse grens, bevinden zich één

van de grootste koperreserves van het land. Tussen 1999 en 2003 verkreeg het Britse bedrijf

Monterrico Metals verscheidene concessierechten voor de realisatie van het mijnbouwproject Majaz,

dat later Rio Blanco werd genoemd. De nieuwe naam verwijst naar de rivier die grenst aan de plaats

van het project en tevens de grens vormt tussen Peru en Ecuador. Monterrico Metals, sinds 2007

voor 89,9 procent in handen van het Chinese consortium Zijin, heeft ook verscheidene andere

dochterondernemingen die werkzaam zijn in de mijnbouwsector in Peru. In 1996 richtte Monterrico

Metals uiteindelijk de nieuwe dochteronderneming Minera Majaz S.A. op. De verleende concessie

slaat op een gebied van 64,72 km² dat bestemd is voor de realisatie van een grootschalige open pit-

mijn. Het Britse bedrijf verwacht op deze plaats, gedurende een periode van 20 jaar, een jaarlijkse

ontginningsproductie van 25 miljoen ton aan mineralen, waarvan ongeveer 200.000 ton

geconcentreerde koper en 2.500 ton molybdeen. De kanalisatie van het slib zal gebeuren via een

pijpleiding van ongeveer 300 kilometer naar de haven van Bayovar (Piura), waar de extractie zal

plaatsvinden en de grondstoffen over zee zullen getransporteerd worden naar de internationale

markten. Bovendien is, zoals Monterrico Metals in 2006 reeds aankondigde, het project Rio Blanco

mogelijk een begin van een groter ‘mijnbouwdistrict’ (Bebbington et al., 2007, p. 19-20; Observatorío

de Conflictos Mineros en el Perú, 2007, p. 1; Minería Online, n.d.).

Het project bevindt zich in de noordelijke cordillera van de Andes in het departement Piura, meer

bepaald in de provincies Ayabaca en Huancabamba, op hoogtes tussen 2.200 en 2.800 meter. Het

gebied dat onder deze concessierechten valt, zijn de territoria van de inheemse

boerengemeenschappen Yanta (Ayabaca) en Segunda y Cajas (Huancabamba). Hoewel deze gronden

niet of bijzonder dun bevolkt zijn en niet intensief bewerkt worden, worden de velden wel gebruikt

voor de begrazing en als ‘reservegebieden’. Daarnaast reikt het gebied, dat een impact zal

ondervinden van de mijn, tot verscheidene districten in de regio San Ignacio, Cajamarca. Deze

districten worden immers bevoorraad met water door de rivier Chinchipe, die water ontvangt van de

Page 20: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

20

rivier Rio Blanco. Een zeer groot deel van de bevolking in deze ‘impactgebieden’ zijn voor hun

levensvoorziening afhankelijk van de productie van organische producten, zoals koffie, suiker en

bananen (Bebbington et al., 2007, p . 20).

In deze gebieden bevinden zich verscheidene belangrijke waterbronnen voor de regio. Daarnaast

liggen, in of vlakbij deze concessiegebieden, ook zeer fragiele ecosystemen met een zeer rijke

biodiversiteit, zoals paramos en nevelwouden. Deze ecologische zones zijn, door de opslag en

regeling van de waterstromen naar de lagere gebieden van de Andes, ontzettend belangrijk voor de

watervoorziening en economische activiteiten in de departementen Piura en Cajamarca. Bovendien

liggen ze aan de bron van veel rivieren. Dergelijke ecosystemen dragen ook bij tot het controleren

van de globale opwarming van de aarde door de opslag van atmosferisch koolstof (Moncloa, 2007, p.

119-121).

Het onderzoek in deze masterproef spitst zich toe op de lokale gemeenschappen van de provincie

Huancabamba. Op onderstaande kaart is te zien dat momenteel ongeveer 30 procent van de totale

oppervlakte van deze provincie verleend is aan mijnbouwconcessies. De concessiegebieden voor het

project Rio Blanco bevinden zich in het uiterste noorden van de provincie, in het district El Carmen de

la Frontera, vlakbij de grens met Ecuador.

Page 21: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

21

Figuur 2: Toegekende concessiegebieden voor mijnbouw in de provincie Huancabamba

(Bron: CooperAcción)

De provincie Huancabamba ligt in de cordillera in het departement Piura, met als hoofdstad Piura. In

het noorden grenst de provincie aan Ecuador, in het westen aan de regio Ayabaca en in het oosten

aan de provincie Cajamarca. De verplaatsing van Piura, de dichtst bijliggende grootstad, naar het

provinciale hoofdstadje met dezelfde naam Huancabamba, neemt minstens acht uur in beslag en kan

in het regenseizoen oplopen tot vijftien uur. Nochtans is de afstand slechts iets meer dan 200

kilometer. Vanuit Piura is de stad Huancabamba, bijna 2.000 meter boven het zeeniveau, immers

uitsluitend te bereiken via een zeer bochtige onverharde bergpas doorheen adembenemende

tropische landschappen. Huancabamba is ondanks zijn geïsoleerde ligging een zeer sfeervol stadje.

Huancabamba is bij de meeste Peruanen vooral bekend door Las Huaringas, een paramogebied in

het district El Carmen de la Frontera met veertien meren op 4.000 meter hoogte. De meren zijn

vooral gekend door hun ‘genezend water’. In het gebied wonen dan ook veel natuurgenezers met

uitgebreide kennis van genezende kruiden, de zogenaamde sjamanen. Peruanen uit het hele land

bezoeken Huancabamba om zich te laten behandelen door deze sjamanen. Ook mede door de

natuurlijke schoonheid van de omringende bergen trekt de provincie behoorlijk veel toeristen aan.

Page 22: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

22

Maar door zijn moeilijke ligging en bereikbaarheid mag Huancabamba slechts sporadisch

buitenlandse toeristen begroeten.

De provincie Huancabamba telt ongeveer 125.000 inwoners, waarvan ongeveer 109.000 rurale

bevolking en ruim 15.000 mensen in urbane zones. Van laatstgenoemde groep leven ongeveer 8.000

mensen in de stad Huancabamba, het administratieve en economische centrum van de provincie.

Ruim 12.000 mensen wonen in het district El Carmen de la Frontera, waar de concessies voor het

project Rio Blanco zich bevinden. Ruim tachtig procent van de totale tewerkgestelde bevolking in

deze provincie is actief in de landbouw. Ook in de andere provincies, die getroffen zouden worden

door het mijnbouwproject, leeft de overgrote meerderheid van de landbouw. Echter, Huancabamba

en Ayabaca zijn de twee provincies van Piura waar de werkloosheidsgraad beduidend het hoogst ligt.

Ongeveer 65 procent van de bevolking in deze regio zou onder de armoedegrens leven. Cijfers van

het INEI tonen aan dat het departement Piura een hoger armoedepercentage heeft dan het

nationale gemiddelde. Volgens gegevens uit 2007 is duidelijk te merken dat, in relatieve cijfers, de

provincies Ayabaca en Huancabamba de armste regio’s in Piura zijn met ongeveer 75 procent van de

bevolking onder de armoedegrens. Niet iedereen beschikt over toegang tot basisvoorzieningen, een

groot deel van de bevolking heeft te kampen met ondervoeding en analfabetisme is nog steeds,

vooral bij vrouwen, een groot probleem. Net deze twee provincies in het departement Piura vallen

onder concessiegebieden voor het project Rio Blanco (Bebbington et al., 2007; INEI, n.d.).

Page 23: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

23

3.2. RÍO BLANCO: EEN VERHAAL VAN HEVIG LOKAAL PROTEST: EEN

BEKNOPTE CHRONOLOGISCHE BESPREKING

2003: Goedkeuring door het MINEM zonder raadpleging van inheemse gemeenschappen. Het

mijnbouwproject Río Blanco veroorzaakt al verscheidene jaren zeer hevig sociaal protest. Sinds 2003

werden de protesten, confrontaties en conflicten tussen de lokale boerengemeenschappen en het

bedrijf steeds heviger. Eén van de belangrijkste punten in de case Río Blanco is het in vraag stellen

van de legaliteit van het project en de bijhorende vergunningen door het MINEM. In de Peruaanse

landwetgeving is immers opgenomen dat toestemming van de Algemene Vergadering van de lokale

gemeenschap nodig is om op de gemeenschappelijke gronden van deze gemeenschap

ontginningsactiviteiten te mogen uitvoeren. Enkel met minimaal twee derde van de stemmen van

alle leden van de gemeenschap kunnen dergelijke projecten goedgekeurd worden.

De dochteronderneming Minera Majaz S.A. legde slechts enkele documenten aan het MINEM voor.

Geen enkele van deze documenten werd door de meerderheid van de leden van de lokale

gemeenschappen Yanta en Segunda Y Cajas goedgekeurd. Zo presenteerde het bedrijf op 9 juli 2002

een document waarin een autorisatie werd verleend door enkele leden van de bestuursraad van

Segunda Y Cajas voor seismisch onderzoek. Hoewel het document niet werd goedgekeurd door de

wettelijke vereiste tweederde-meerderheid, verleende het MINEM in 2003 toch haar toelating aan

de onderneming voor een exploratief onderzoek en een ecologische impactstudie tussen november

2003 en november 2006. Bovendien werden de bestuurders van de gemeenschap Segunda Y Cajas

reeds in mei 2003 unaniem door de leden opzij gezet en werd het document, dat ondertekend werd

in juli 2002, geannuleerd. Beide gemeenschappen gaven het MINEM geen autorisatie voor de

toegang voor de onderneming op hun grondgebied. De Peruaanse regering raadpleegde de lokale

gemeenschappen dus niet vooraf en schond op die manier niet alleen de eigen Peruaanse landwet

en de wet van boeren- en inheemse gemeenschappen, maar ook de rechten van inheemse volkeren

volgens conventie 169 van de IAO, dat ook Peru ondertekend heeft (Moeskops, 2007, p. 9; Moncloa,

2007, p. 122-123).

April 2004: De eerste protestmars. Omdat de gemeenschappen geen enkel antwoord kregen op de

eis van de terugtrekking van het mijnbedrijf, besloten de gemeenschappen en rondas campesinas

naar het mijnkamp Henry’s Hill te stappen. In april 2004 kwam uiteindelijk een eerste protestmars

van ongeveer 5.000 boeren uit de provincie Huancabamba tegen het bedrijf Minera Majaz S.A. op

gang. De optocht trok naar het basiskamp van het mijnbouwbedrijf om de terugtrekking van de firma

te eisen. Tijdens het protest kwam het tot een gevecht met de politie waarbij één van de

Page 24: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

24

actievoerders om het leven kwam. Volgens de politie viel de man van een heuvel, volgens

ooggetuigen werd hij in het hoofd geraakt door een traangasgranaat.

Juli 2004: Oprichting van een platform voor meer dialoog. Als reactie op de hevige protesten richtte

de regionale regering van Piura een platform op voor meer participatie van alle belangrijke actoren

bij de voorbereiding van een milieueffectenstudie over de mijn. De leiders van de lokale

gemeenschappen en verscheidene sociale organisaties trokken zich echter al snel terug omdat zij van

mening waren dat het instituut, dat de ‘dialoogtafel’ mee faciliteerde, vooral het mijnbedrijf

begunstigde en zich dus niet neutraal opstelde. In juli 2005 kwam definitief een einde aan dit

initiatief (Bebbington et al., 2007; Moncloa, 2007).

Juli 2005 – augustus 2005: Een tweede optocht. Een jaar later, op 25 juli 2005, organiseerden de

leden van de boerengemeenschap Yanta, vergezeld van de gemeenschap Segunda y Cajas, een

tweede optocht naar het mijnbasiskamp. Ook nu vielen er één dodelijk slachtoffer en verscheidene

zwaargewonden in een confrontatie met de politie. Dit gebeurde in de provincie Huancabamba, toen

de politie het kamp van de protesterende burgers aanviel. De lokale manager van het

mijnbouwbedrijf zou de politie opgehitst hebben. De politie kreeg steun van het veiligheidsbedrijf

Forza om de manifestanten te intimideren en te mishandelen. Volgens Magdiel Carrión Pintado van

CONACAMI werden de demonstranten “gefolterd en behandeld als terroristen”. In 2009 werden

uiteindelijk enkele politieagenten van het PNP veroordeeld voor de opsluiting en mishandeling van

32 boeren en manifestanten.

Op het moment van de tweede gewelddadige confrontatie werd ook een commissie samengesteld

door Daniel Turley, de bisschop van Chulucanas, Miguel Palacin van CONACAMI en Javier Aroca van

Oxfam Amerika, met als doel de dialoog te bevorderen en de conflictueuze situatie te bezweren. Een

missie om met een helikopter van de politie enkele commissieleden in het gebied van het basiskamp,

waar op dat moment zowel lokale boeren als politie zich bevonden, te droppen, mislukte echter. De

politie verhinderde de toegang van het basiskamp aan de commissie wegens ‘te gevaarlijk’. Toen op

30 juli 2005 de krant El Correo de Piura met een mediacampagne begon, gericht tegen leden van de

commissie, besloot deze op te houden met haar pogingen tot dialoog. Het was meteen het begin van

een nieuwe conflictperiode waarin verscheidene Peruaanse media een ‘mediaoorlog’ voerden tegen

allerlei actoren die zich verzetten tegen het project Majaz S.A.. Daarnaast werd de periode na de

tweede optocht ook gekenmerkt door het ontstaan van nieuwe sociale organisaties en andere

initiatieven tot meer dialoog, die telkens opnieuw op niets uit draaiden (El Regional de Piura, 2005;

Bebbington et al., 2007).

Page 25: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

25

September 2005: Oprichting FDSFNP. In september werd het Frente por el Desarrollo Sostenible de

la Frontera Norte del Perú gevormd. Het FDSFNP groepeert zowel burgemeesters uit de getroffen

provincies, als leiders van boerengemeenschappen en lokale bewegingen. In november 2005 diende

het FDSFNP bij het MINEM een voorstel in tot een dialoog, die zou moeten resulteren in een

referendum waarin de burger zou kunnen beslissen over de toekomst van het Río Blanco-project.

Tussen januari en april 2006: Enkele bijeenkomsten tussen het FDSFNP en MINEM. Het FDSFNP

werd voor een bepaalde tijd de erkende tegenpartij in besprekingen met het MINEM. Toch bleven de

resultaten van de ontmoetingen zeer beperkt. Onder meer na een nieuwe gewelddadige

confrontatie in Huancabamba tussen voorstanders van de mijn en onder meer leden van het FDSNP,

schorste het MINEM eenzijdig de dialoog. Nadien probeerde het FDSFNP talloze malen het

dialoogproces te heropstarten, zonder enig resultaat.

12 maart 2006: Gewelddadige aanval. Tijdens een vreedzaam congres over mijnbouw, landbouw en

duurzame ontwikkeling in de stad Huancabamba werden verschillende tegenstanders en

wetenschappers brutaal aangevallen. De aanval werd geleid door Raúl Urbina, de Social

Responsibility Manager van Monterrico Metals. Verscheidene mensen geraakten hierbij gewond. De

foto’s en video’s van de bestorming werden materiële bewijzen voor de ernstige

mensenrechtenschendingen die door het mijnbouwbedrijf begaan worden.

16 september 2007: Referendum in de districten van Pacaimpampa, El Carmen de la Frontera en

Ayabaca. ‘Gaat u akkoord met de start van mijnbouwactiviteiten in het district El Carmen de la

Frontera?’ Dat is de vraag waarop duizenden mensen in een volksraadpleging op konden

antwoorden. Ongeveer 60 procent van de kiesgerechtigde inwoners bracht hun stem uit. Ongeveer

95 procent van de 18.000 deelnemers stemden tegen het mijnbouwproject.

Figuur 3: Resultaten van het referendum op 16 september 2007 (Bron: Observatorío de Conflictos Mineros en el Perú, 2007, p. 12).

Page 26: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

26

Tijdens de voorbereidingen van de volksraadpleging hadden het mijnbedrijf en de nationale regering

verscheidene malen geprobeerd het initiatief te boycotten. De consulta werd illegaal benoemd en de

organisatoren werden in diskrediet gebracht. Ondanks de vraag aan de bevolking om niet te gaan

stemmen, kende de volksraadpleging toch een massale opkomst.

1 februari 2008: Naamswijziging. Op een persconferentie worden de nieuwe sociale uitgangspunten

van het project Majaz S.A. voorgesteld. Het project krijgt bovendien een nieuwe naam en heet vanaf

dat moment Rio Blanco Copper S.A.. Bovendien werd er voorgesteld om te starten met de extractie

van koper in 2011. De uitvoering van het mijnbouwproject zou bepaald worden door een

haalbaarheidsstudie die zou worden beëindigd midden 2008 (Observatorío de Conflictos Mineros en

el Perú, 2007).

24 maart 2008: Aanklacht en beschuldiging van terrorisme. De klacht werd ingediend door het

ACFUCCSC, een vereniging die het mijnbouwbedrijf steunt. 35 personen, die in september 2007 de

volksraadpleging organiseerden, werden beschuldigd van terrorisme en bendevorming. De

beschuldigde personen waren burgemeesters van kleine gemeenten, leden van het FDSFNP, leiders

van boerenorganisaties en medewerkers van anders sociale organisaties. Op 23 oktober 2008 werd

de klacht officieel verworpen.

14 mei 2008: Driedaagse staking in Huancabamba. De staking werd uitgeroepen door de provinciale

centrale eenheid van de boerengemeenschappen in Huancabamba als reactie op de aanwezigheid

van het mijnbouwbedrijf in Huancabamba. Meer dan 10.000 personen van onder meer de

boerengemeenschappen van Quispampa, Santa Cruz Huaman, Huaricancha en Segunda y Cajas

protesteerden tegen het mijnbouwproject en drongen aan op de versterking van de positie van de

landbouw als model voor een duurzame ontwikkeling.

2 maart 2009: Hervatting dialoog. Nadat de gesprekken tussen het Presidencia del Consejo de

Ministros (PCM) en het FDSFNP in december 2007 werden stopgezet, werd de dialoog tussen beiden

op 2 maart 2009 hervat. Tijdens het eerste gesprek beloofde het PCM afgevaardigden naar de

betrokken provincies te sturen om een duidelijker beeld te creëren rond de situatie in deze regio.

Twee weken later bezocht het PCM de stad San Ignacio en werd de problematiek nogmaals duidelijk

aan de kaak gesteld. Het was de eerste keer dat zulke hoge nationale afgevaardigden de stad

bezochten (Catapa, 2009, 20 maart).

1 november 2009: Drie doden bij confrontatie. Tijdens een gewapende aanval op het

mijnbouwkamp werden drie werknemers van het bedrijf gedood. Volgens de algemene manager van

het bedrijf Rio Blanco Copper stormden vijftien tot twintig personen de mijnbouwsite in El Carmen

Page 27: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

27

de la Frontera binnen en brachten er beschadigingen aan. De aanval gebeurde onder vreemde

omstandigheden, niemand weet wat er precies gebeurde. De lokale boeren werden door de politie

als verdachten beschouwd. De weken na deze nieuwe confrontatie werden gekenmerkt door een

gespannen situatie met verscheidene vijandige gebeurtenissen tussen de politie en lokale boeren.

2 december 2009: Opnieuw twee dodelijke slachtoffers. De sociale onrust steeg opnieuw na een

nieuwe repressieve actie van de politie in het gehucht (caserio) Cajas Canchaque in de provincie

Huancabamba. Een gewapende groep politieagenten stootte op algemeen verzet wanneer zij twee

lokale boeren wilden arresteren in het kader van de gebeurtenissen van 1 november 2009. In het

protest werden twee personen langs achter door de politie doodgeschoten (La republica, 2009, 3

december).

September 2010: Start internationale campagne ‘Mining in Paradise?’. Drie jaar na de lokale

volksraadplegingen in de betrokken provincies werd in de Noordelijke Andes van Piura de verjaardag

van de strijd tegen het mijnbouwbedrijf Río Blanco Copper door de plaatselijke

boerengemeenschappen gevierd. Daarnaast vonden er enkele vormingen, verklaringen, optochten

en persconferenties plaats en werd zowel de lokale, als de internationale campagne ‘Mining in

Paradise? No-go zones for mining.’ voorgesteld aan de lokale bevolking, met als centrale boodschap:

agro sí, mina no. Op 16 september verklaarden lokale boerengemeenschappen en sociale

organisaties uit de provincies Ayabaca, Huancabamba, San Ignacio en Jaén hun grondgebied als

zogenaamde no-go zones voor mijnbouwactiviteiten.

3 oktober 2010: Lokale en regionale verkiezingen. De symbolische uitroeping van no-go zones voor

mijnbouw door de lokale organisaties speelde een belangrijke rol bij de agenda van de provinciale en

regionale verkiezingen. In het departement Piura werd Javier Atkins als nieuwe gouverneur verkozen.

Atkins maakte in zijn campagne reeds bekend fel gekant te zijn tegen mijnbouwactiviteiten in de

streek van het project Rio Blanco. Ook in het naastliggende departement Cajamarca werd een

gouverneur gekozen die mijnbouwactiviteiten in vraag durft te stellen. Daarnaast werden ook de

provinciale burgemeesters verkozen. In de provincie Huancabamba werd Ramiro Ibañez van de partij

Agro Sí verkozen. Ook deze partij strijdt tegen de komst van mijnbouwbedrijven omwille van de

ecologische gevolgen. De lokale en regionale verkiezingen werden bijgevolg een opsteker voor de

lokale organisaties die de problematiek rond het project Rio Blanco aankaarten. Toch blijft het

afwachten of de gouverneurs en burgemeesters hun beloften zullen nakomen en of ze zich los

kunnen werken van de geïnstitutionaliseerde corruptie in Peru.

Na de lokale en regionale verkiezingen in Piura, waar het project Rio Blanco telkens een centraal

thema op de agenda was, waren de presidentsverkiezingen in april en juni 2011 ook van groot belang

Page 28: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

28

voor de toekomst van het project Rio Blanco. Onder meer politica Marisol Espinoza, die de voorbije

jaren het departement Piura representeerde in het nationale congres, maakte deel uit van de

presidentscampagne van Ollanta Humala en zijn links-nationalistische partij GanaPerú. Marisol

Espinoza werd bijgevolg in juni 2011 verkozen als eerste vicepresidente van Peru. De politica steunde

eerder reeds onder meer de ‘no-go zones for mining’-verklaring van de lokale boerenorganisaties.

Het is nu vooral afwachten tot de publicatie van een milieu-impactrapport door Montericco Metals

voor het verdere verloop van het project Rio Blanco. Indien de regering onder de nieuwe president

Ollanta Humala het rapport zou goedkeuren, kan de exploitatiefase van het mijnbouwproject

officieel beginnen.

21 Juli 2011: Schadevergoeding voor lokale boeren. Het Britse mijnbouwbedrijf Montericco Metals

heeft aan de families van 33 lokale boeren een schadevergoeding uitbetaald. De vergoedingen zijn

het gevolg van de mishandelingen van betogers tijdens protesten tegen het mijnbouwbedrijf Río

Blanco in augustus 2005. De schadevergoeding kan gezien worden als een belangrijke overwinning

voor de inheemse gemeenschappen die het slachtoffer werden van geweld, mishandelingen en

doodsbedreigingen. De families van de lokale boeren hadden het bedrijf aangeklaagd omdat de

mishandelingen door de politie gebeurden met medeweten van de mijnbouwonderneming. Door

deze vergoedingen uit te betalen, vermijdt het bedrijf Monterrico Metals een publiek proces aan het

Hooggerechtshof in Londen, waardoor de mensenrechtenschendingen waarschijnlijk nooit volledig

aan het licht zullen komen (Gadeyne, 2011; Servindi, 2011).

Page 29: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

29

3.3. EEN TOENAME AAN SOCIALE ACTOREN

De economische groei van de mijnbouwsector, en vooral de ruimtelijke expansie die hiermee

gepaard gaat, heeft geleid tot het ontstaan van een groot aantal nieuwe sociale actoren. Ook in Peru

verschenen er, zowel op het nationale als op het lokale niveau, verscheidene nieuwe organisaties en

sociale bewegingen. Als gevolg van het toenemende aantal sociale conflicten, kwam in de jaren 1990

in Peru onder meer CONACAMI, een confederatie voor getroffen gemeenschappen door

mijnbouwactiviteiten, op het nationale toneel. Maar ook binnen de mijnbouwsector zelf deden er

zich veranderingen voor, zoals de komst van het SNMPE dat zich buigt over de relatie tussen

gemeenschappen en mijnbouwbedrijven. De mijnbouwondernemingen integreerden bovendien

voortaan zelf sociale ontwikkelingsprogramma’s in hun beleid. Maar daarnaast merken we vooral de

komst van verscheidene lokale sociale bewegingen op, alsook van NGO’s die gespecialiseerd zijn in

de mijnbouwproblematiek (Bebbington et al., 2007).

Ook in het sociale conflict rond het Río Blanco-project zijn een groot aantal actoren verwikkeld. Het is

geenszins de bedoeling om alle betrokken actoren hieronder op te sommen. We reiken dan ook

slechts enkele belangrijke actoren aan die voor deze masterproef van belang zijn. In de eerste plaats

zien we het mijnbouwbedrijf Río Blanco Copper en het Chinese consortium Zijin die het

mijnbouwproject Río Blanco in de provincies Ayabaca en Huancabamba willen ontwikkelen. Om ten

volle gebruik te kunnen maken van de bestaande koperreserves, bereidt het bedrijf een nieuwe

milieu-impactstudie voor die nieuwe en betere ontginningstechnieken moet aanbrengen.

Daarnaast creëren vooral de verschillende staatsactoren de context voor het mijnbouwproject. Naast

het nationale politieke beleid en onder meer het MINEM, onderscheiden we de lokale besturen van

de getroffen provincies Ayabaca, Huancabamba, Jaén en San Ignacio. In Huancabamba zien we dat

sinds de regionale verkiezingen van 2010 het regionale beleid gestuurd wordt door de partij Agro Sí

van burgemeester Ramiro Ibañez (Bebbington et al., 2007, p. 9; Observatorío de Conflictos Mineros

en el Perú, 2009).

Voorts is er het fenomeen dat lokale regeringen en sociale bewegingen de handen in mekaar slaan.

Die eendracht leidde onder meer in 2005 tot de oprichting van het FDSFNP, een zeer belangrijke

sociale speler en tevens de belangrijkste gesprekspartner van de staat in dit sociaal-ecologisch

verdelingsconflict. Alle actoren die deel uitmaken van het FDSFNP stemden in met de realisatie van

een volksraadpleging in de provincies Ayabaca en Huancabamba. Het FDSFNP wordt gevormd door

Page 30: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

30

verscheidene lokale organisaties en basisbewegingen, waarvan we enkele belangrijke actoren voor

deze masterproef hieronder opsommen:

- Op de eerste plaats zijn er de Comunidades Campesinas van Segunda Y Cajas

(Huancabamba) en Yanta (Ayabaca). Op de grondgebieden van laatstgenoemde

gemeenschap bevindt zich het mijnkamp van het bedrijf Río Blanco Copper. Ook de

landerijen van de gemeenschap Segunda y Cajas in de provincie Huancabamba worden

bedreigd door verscheidene concessies van het mijnbouwbedrijf en bevatten bovendien de

belangrijkste toegangswegen voor het bedrijf om verder onderzoek uit te voeren. De

gemeenschap Segunda Y Cajas, officieel erkend in 1949, telt meer dan 1.400 burgers en

wordt sinds 2010 geleid door de democratisch verkozen voorzitter Benito Guarnizo García (El

Tiempo de Piura, 2009, 25 december).

- Het Central Única Provincial de Rondas Campesinas de Huancabamba vertegenwoordigt de

boerengemeenschappen op het provinciale niveau en werkt bijgevolg met

gedecentraliseerde comités in de verschillende districten en caserios. Deze organisatie stelt

zich eveneens tot doel om de illegale houtsmokkel, de drugstrafiek en ‘andere vreemde

factoren’ te controleren in de gebieden van de gemeenschap Segunda y Cajas.

- Het Frente de Defensa de la Vida y el Medio Ambiente de Huancabamba werd opgericht in

2002 en telt 125 leden, vooral burgers van de lokale gemeenschappen en rondas

campesinas. De organisatie was zeer belangrijk bij de informatieverstrekking, sensibilisering

en de organisatie van vormingsbijeenkomsten in de periode voor de volksraadpleging. Ze is

vooral een voorvechter van de bescherming van het leefmilieu in alle caserios in

Huancabamba.

- De Asociación de Mujeres Trabajadoras Campesinas de la Provincia Huancabamba

(AMHBA) is een vrouwenorganisatie met verschillende basiscomités die de caserios in de

provincie Huancabamba vertegenwoordigen (Observatorío de Conflictos Mineros en el Perú,

2007, 2009).

De komst van het mijnbouwbedrijf Río Blanco Copper heeft ook geleid tot het ontstaan van enkele

sociale organisaties in Huancabamba die de realisatie van het ontginningsproject steunen en

waarmee de onderneming samenwerkt rond enkele ondersteunende sociale programma’s. Het

Frente por la Unidad de la Comunidad Segunda Y Cajas en het Frente de Defensa de los Intereses de

la Comunidad de Segunda Y Cajas zijn hier twee voorbeelden van (La República, 2007, 11 juni;

Observatorío de Conflictos Mineros en el Perú, 2009).

Page 31: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

31

4. SOCIALE MOBILISATIE ALS ANTWOORD OP

EEN BEDREIGDE LIVELIHOOD

4.1. DE ECOLOGISCHE ‘OVERSHOOT’ VAN ONZE ECONOMISCHE

ONTWIKKELING

In onze geglobaliseerde maatschappij, met zijn snel oplopende bevolkingscijfers en met zijn sterk

stijgend consumptieniveau, vindt de wereldeconomie een constant groeiende afzetmarkt. Om deze

economische ontwikkeling te kunnen verwezenlijken, moet men wereldwijd telkens op zoek naar

weer eens nieuwe grondstoffen om onze huidige levensstandaard te kunnen minstens even hoog te

houden. Die wijd happende wereldeconomie vraagt niet enkel een toenemende input van energie en

grondstoffen, maar zorgt tegelijk ook voor een steeds groter wordende afvalberg. Allerlei

ecosystemen worden aangetast. Niet zelden gaat heel wat biodiversiteit teloor. Dit hele proces van

economische expansie veroorzaakt wereldwijd een wurgende druk op het leefmilieu.

Telkens opnieuw wordt duidelijk dat de klassieke economische paradigma’s van ongebreidelde

economische groei en marktderegulatie geen adequaat antwoord kunnen bieden op vraagstukken

rond ecologische duurzaamheid, ethiek en maatschappelijke rechten. Armoede, sociale

onrechtvaardigheid en ecologische schade zouden, althans volgens het neoliberale paradigma,

vanzelf verdwijnen door een onafgebroken economische ontwikkeling. Ondertussen wordt echter

wel duidelijk dat noch het sociale onrecht, noch de milieuschade opgelost raken door een

langdurende economische groei: concepten als het trickle-downprincipe1 en de kuznetscurve2

schieten, met andere woorden, duidelijk tekort.

Meer zelfs, in de slipstream van een dergelijke onafgebroken economische groei ontstaan, bij mens,

milieu en maatschappij, wereldwijd een groot aantal sociaal-ecologische verdelingsconflicten. In de

queeste naar een model voor ‘duurzame ontwikkeling’ staat de relatie tussen ecologische

1 Volgens het trickle-downprincipe zal bij een onafgebroken economische ontwikkeling de rijkdom en welvaart van de kapitaalkrachtige klasse automatische doorstromen naar de onderklasse. Economische groei zou zorgen voor een automatische stijging in de inkomens. 2 Volgens de U-vormige Kuznetscurve zal, bij een constant stijgend BBP, de druk op het milieu eerst toenemen,

maar op lange termijn stagneren en zelfs afnemen.

Page 32: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

32

draagkracht, grondstoffenvoorziening, de verdeling van ecologische lasten en sociale

rechtvaardigheid centraal (Martinez-Alier, 2002; Debruyne, 2008).

De verdeling van de economische en sociale voordelen en de ecologische lasten binnen het huidige

economische model kent bovendien een duidelijke sociaal-ruimtelijke component. Zeker op het vlak

van de materiële doorstroom is de ongelijke geografische ontwikkeling een opmerkelijk fenomeen:

ongeveer 20 procent van de wereldbevolking trekt 80 procent van de goederenstromen naar zich toe

(Debruyne, 2008a). Een voorbeeld: wanneer we alle grondstoffen bij elkaar nemen (energiedragers,

mineralen, metalen en biomassa), dan importeerde de Europese Unie in 2000 vier keer zoveel ton

dan het zelf uitvoerde. Latijns-Amerika exporteerde in 2000 zelfs zes keer meer ton dan het zelf

importeerde (De Walsche, 2007, p. 30). De ecologische lasten van onze economische ontwikkeling

worden dus niet evenwichtig verdeeld. Het zijn vooral de meest kwetsbare bevolkingsgroepen uit

armere landen die bedreigd worden in hun overlevingsstrategie. De verdeling van voordelen, rechten

en lasten is geen neutraal proces, maar wordt gestuurd door ongelijke sociale en politiek-ruimtelijke

verhoudingen en vindt vaak plaats in een logica van roofbouw en afwenteling. Kenmerkend hierbij is

de tendens dat het Noorden zijn zware industrie naar het Zuiden verplaatst, waardoor de ecologische

kosten van de eigen ontwikkeling afgewenteld kunnen worden op andere landen of continenten.

Het veronderstelde evenwicht van de transparante vrije markt maakt hierdoor plaats voor een

systeem van ‘ongelijke ecologische ruil’. De onafgebroken drang naar economische expansie binnen

het kapitalistische model heeft als gevolg dat steeds meer gemeenschappen getroffen worden door

de niet te stillen honger naar een economische groei. Het zijn net deze negatieve effecten van het

neoliberale groeimodel die de aanleiding vormen voor de sociaal-ecologische strijd van het

ecologismo popular (Martinez-Alier, 2002; Debruyne, 2008).

Page 33: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

33

4.2. EEN NIEUWE VORM VAN ECOLOGISCH BEWUSTZIJN: HET

ECOLOGISMO POPULAR

De milieubeweging werd lang beschouwd als een ‘verhaal’ van het Noorden en werd geruime tijd

ruwweg opgedeeld in twee verschillende takken: een natuur- en een milieubeweging. De eerst

beweging, die ontstond rond 1900, legt de focus op ‘the quality of life’ en streeft vooral naar

natuurbehoud en –bescherming. De milieubeweging daarentegen, die ontstond rond de jaren 1960

en 1970, groeide vanuit een kritiek op de negatieve gevolgen van welvaartsgroei en industrialisatie.

De aandacht gaat bij deze beweging onder meer naar water-, lucht- en bodemverontreiniging, afval-

en mobiliteitsproblematiek en energiebeleid. De laatste dertig jaar kregen de milieuproblemen ook

een steeds duidelijkere wereldwijde impact, waardoor milieubewegingen nu ook internationaal hun

stem laten horen (Paredis, 2005).

Vandaag wordt deze opdeling tussen natuur- en milieubeweging aangevuld met een derde tak, die in

het Noorden bekend staat als the environmental justice movement. In het Zuiden is deze beweging

eerder bekend onder de noemer ecologismo popular of the environmentalism of the poor. Beide

benamingen verwijzen naar sociale bewegingen die strijden tegen de ongelijke geografische

ontwikkeling van het huidige kapitalistische model en eisen een eerlijke verdeling van ecologische

voordelen en lasten.

Geruime tijd werd het environmentalism of the poor over het hoofd gezien, omdat men er telkens

van uitging dat de armere bevolking zich vooral met livelihoodstrategieën en sociale vraagstukken

bezighoudt, en in mindere mate met het milieu. Het was uiteindelijk Martinez-Alier die de link legde

tussen armoede, milieudegradatie en ecologische rechtvaardigheid. De ecologische beweging

integreert, zowel in het Noorden als in het Zuiden, steeds meer de relatie tussen armoede, sociale

exclusie en milieudegradatie in haar acties. De ecologische strijd van the environmental justice

movement verstrengelt zich met andere woorden met de strijd voor sociale rechtvaardigheid,

waardoor de focus vooral komt te liggen op de verdelingsaspecten binnen ecologische conflicten.

Zowel in het Noorden als in het Zuiden organiseert zich steeds meer een politieke-ecologische

beweging op grassrootsniveau die het bestaande onevenwicht tussen ecologische voordelen en

lasten wenst om te buigen. Voor basisbewegingen in het Zuiden vertrekt een ecologische strijd

meestal niet vanuit een enorm respect voor de natuur, maar wel eerder vanuit “a material interest in

the environment as a resource and a requirement for livelihood” (Martinez-Alier, 2002, p. 11).

Page 34: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

34

Livelihood kunnen we hierbij definiëren als “a function of assets and structures, and a source of

subsistence, income, identity and meaning” (Bebbington et al., 2008, p. 6).

Het grassrootsactivisme, onder de noemer ‘environmentalism of the poor’, wil de nadruk leggen op

ongelijke ontwikkelingsprocessen, ongelijke sociale machtsverhoudingen, tegengestelde belangen,

ongelijke economische ruil en verschillende visies op natuurbeleving. Omwille van de permanente

drang naar economische groei in onze samenleving en de steeds toenemende druk op het milieu, zal

deze beweging volgens Martinez-Alier in de toekomst alleen maar een belang toenemen.

Typerend voor dit ecologismo popular is de capaciteit om het lokale niveau te overstijgen. De

grassrootsbewegingen strijden immers op verschillende ruimtelijke niveaus om een maatschappelijke

hervorming te kunnen doorvoeren. Deze basisorganisaties gaan allianties met de (internationale)

gemeenschap aan en creëren op die manier een uitgebreid netwerk, dat het best kan omschreven

worden als een soort van ‘globalization from below’. Door die netwerken, kunnen het lokale,

regionale en globale niveau met elkaar verbonden worden (Appadurai, 2001). Belangrijk hierbij is dat

er niet uitsluitend zogenaamde verticale netwerken (allianties met verschillende niveaus) ontstaan,

maar dat eveneens de uitbouw van horizontale netwerken (allianties met eenzelfde niveau) zeer

belangrijk kan zijn. Grassrootsbewegingen van over de hele wereld gaan allianties met elkaar aan,

waarbij niet alleen Noord-Zuid allianties ontstaan, maar ook de link tussen basisbewegingen uit het

Zuiden onderling minstens even relevant is. Op die manier worden de protesten van

basisbewegingen, die elk los van elkaar staan, met elkaar verenigd. Hierdoor kan de specifieke casus

van de eigen strijd in een breder raamwerk geplaatst worden en gelinkt worden aan bredere thema’s

zoals bijvoorbeeld mensenrechten en landrechten (Martinez-Alier, 2002; Paredis, 2005).

Page 35: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

35

4.3. COLLECTIEVE ACTIE ALS VERDEDIGING VAN DE EIGEN LIVELIHOOD

De ecologische basisbewegingen, die deel uitmaken van het zogenaamde ecologismo popular, delen

eenzelfde visie op natuur en duurzame ontwikkeling. Zoals al eerder gesteld, vloeit hun visie niet

enkel en alleen voort uit respect voor de natuur, maar benadrukken zij vooral het ecologische belang

van de bedreigde ecosystemen voor de livelihood van de eigen gemeenschap. De

grassrootsbewegingen in het Zuiden worden meestal gevormd door arme en inheemse

gemeenschappen, die in de eerste plaats strijden om te kunnen overleven. Hierdoor ligt hun focus

doorgaans op essentiële natuurelementen voor hun livelihood, zoals onder meer water en

biodiversiteit. Bebbington et al. (2008, p. 6) stelt het als volgt:

“Social mobilization can be understood as a response to the threats that particular forms

of economic development present, or are perceived as presenting, to the security and

integrity of livelihoods and to the ability of a population in a given territory to control what

it views as its own resources.”.

De lokale weerstand tegen de inplanting van mijnbouwprojecten kan dus het best gedefinieerd

worden als een verdediging van de eigen livelihoodstructuren en een strijd tegen ‘accumulation by

dispossession’ (Harvey, 2003, p. 137). De sociale grassrootsbewegingen proberen hun bezittingen te

beschermen door de structuren, instituties en discours, die exploitatie en onteigening goedkeuren,

aan te vechten.

De gemeenschappen hebben vooral aandacht voor een duurzaam gebruik van de lokale grondstoffen

en hanteren bijgevolg, in plaats van het marktwaardesysteem uit het economische denkkader,

alternatieve betekenissystemen over de natuur en ontwikkeling om de werkelijkheid te structureren.

Hun alternatieve waardesysteem maakt een onderscheid tussen de reële gebruikswaarde van een

ruimte en de fictieve waarde die er extern wordt opgekleefd. Dit alternatieve discours, dat de nadruk

legt op duurzaamheid, wordt bijgevolg onverenigbaar met de enge en temporele marktvisie op

grondstoffen en ruimte van het huidige economische model (Escobar, 1995; Bebbington et al., 2008;

Debruyne, 2008a).

Page 36: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

36

5. EEN STRATEGISCHE FRAMEKEUZE EN

VERANDERENDE SOCIALE RELATIES IN DE

STRIJD TEGEN HET RÍO BLANCO-PROJECT

5.1. COLLECTIEVE ACTIEFRAMES ALS MOBILISATIEMIDDEL

Lokale grassrootsbewegingen vormen, zoals hierboven reeds eerder gesteld, netwerken met de

internationale gemeenschap en leggen op die manier een verbinding tussen het lokale, regionale en

het globale niveau in hun sociaal-ecologische verdelingsstrijd. Dit zogenaamde ‘globalization from

below’ maakt volgens Tarrow deel uit van een transnational collective action dat hij beschrijft als “the

coordinated international campaigns on the part of networks of activists against international actors,

other states, or international institutions” (Tarrow, 2005, p. 7). Bij de vorming van sociale en

ecologische basisbewegingen speelt de factor ‘identiteit’ een zeer belangrijke rol. De ontwikkeling

van een collectieve identiteit, en bijgevolg de creatie van een ‘imaginairy community’, is immers een

noodzakelijke voorwaarde voor de mobilisatie van een relatief zwakke groep mensen om deel te

nemen aan vormen van collectief activisme (Tarrow, 1998, 2005; Tarrow & Della Porta, 2005).

Om een gemeenschappelijke identiteit binnen een lokale bevolkingsgroep te creëren, hanteren

NGO’s en lokale activisten collective action frames. Een collectief actieframe wordt hierbij door

Benford en Snow (2000, p. 614) omschreven als “action-oriented sets of beliefs and meanings that

inspire and legitimate the activities and campaigns of a social movement organization”. Collectieve

actieframes geven geen exacte weerspiegeling van de werkelijkheid weer, wel een simplificatie en

een strategische samenvatting van de eigen leefwereld en de buitenwereld. Dergelijke frames

bevatten een verzameling van overtuigingen die een beeld van de eigen situatie vormen zodat een

deelname aan collectieve acties voor individuele personen betekenisvol en zinvol wordt. Collectieve

actieframes zijn niet uitsluitend een bundeling van individuele percepties, maar zijn vooral de

uitkomst van het onderhandelen over gedeelde betekenissen. Het ontstaan van dergelijke frames is

bijgevolg het resultaat van een interactief proces (Klandermans, 1997; Benford & Snow, 2000).

NGO’s en lokale leiders definiëren in een collectieve actieframe de onrechtvaardige situatie

waartegen gevochten moet worden, de gedupeerden die het protest op gang moeten brengen, de

Page 37: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

37

schuldigen waartegen een collectieve actie ondernomen moet worden en de uitweg voor deze

bedreigende situatie. Gamson (1996) ziet hierin drie basiscomponenten van collectieve actieframes

die telkens terugkomen: onrechtvaardigheid, ‘agency’ of vermogen en identiteit.

Door het gebruik van een collectief actieframe en bijgevolg de ontwikkeling van een collectieve

identiteit, creëert men samenhang en continuïteit van de strategische acties van een groep. Een

beeld van de gebruikte collectieve actieframes in de strijd tegen het Río Blanco-project verschaft ons

zodoende een inzicht in het proces van mobilisatie en de wijze waarop de collectieve strijd van de

lokale bevolking in Noord-Peru gelegitimeerd wordt. In dit hoofdstuk bekijken we hoe het gebruik

van een collectief actieframe het bewustzijn van een gedeelde bedreiging bij de lokale bevolking in

de provincie Huancabamba deed opborrelen in de strijd tegen het mijnbouwbedrijf Río Blanco

Copper S.A..

Page 38: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

38

5.2. FRAMING IN DE STRIJD TEGEN HET RÍO BLANCO-PROJECT

In samenwerking met FDSFNP en Red Muqui (CooperAcción en Fedepaz), lanceerde de Belgische

NGO Catapa in september 2010 de internationale campagne ‘Mining in Paradise?: no-go zones for

mining’. De beelden en het discours in de uitgebreide campagnevideo leveren ons een duidelijk

beeld van het collectief actieframe dat door NGO’s en lokale activisten gebruikt wordt in hun strijd

tegen het mijnbouwproject Río Blanco. Zoals we al vermeldden, geeft een collectief actieframe geen

perfecte weerspiegeling van de werkelijkheid weer, maar is het een strategische reconstructie van de

realiteit. Een voorbeeld hiervan is het beginbeeld van de campagnevideo, waarin een vrouw met een

typische traditionele hoed getuigt: “Er bestaat geen beter leven dan het plattelandsleven. Wij, hier in

Huancabamba, hebben een goed leven”. Ook de daaropvolgende beelden in de video, die de lokale

bevolking werkend op het platteland toont, gecombineerd met mooie plaatjes van onder meer de

koffie-, mango-, maïs- en avocadoteelt, doen vermoeden dat de huidige economische situatie van de

lokale boeren zeer gunstig is. De realiteit van hoge armoedecijfers en veel openbare dronkenschap in

de provincies Ayavaca en Huancabamba en de ontevredenheid van veel burgers over het lokale

economische beleid, staat in schril contrast met het strategische discours in deze video.

5.2.1. VERSCHILLENDE STRATEGIEËN VOOR WEERSTAND

Eén van de basiscomponenten van collectieve actieframes is volgens Gamson (1996) agency of

vermogen. Het heeft betrekking op een actieplan of op verschillende strategieën om een verandering

van een situatie te kunnen bereiken. Het verzet tegen het Río Blanco project bestaat niet uit één

strategie, maar is een combinatie van verschillende acties. De keuze voor het hanteren van een

bepaalde strategie wordt in grote mate gestuurd door de reactie van de centrale regering op de

collectieve acties en door de context van het conflict.

In het begin van de sociaal-ecologische strijd tegen het mijnbouwproject, toen de onderneming zich

voortdurend op de grondgebieden van de gemeenschappen Segunda y Cajas en Yanta bevond,

werden door de lokale bevolking wegversperringen geplaatst en controleposten opgezet om

minstens te kunnen controleren wie hun gebied binnentrad. Nu het bedrijf voorlopig niet of

nauwelijks aanwezig is in het territorium van de gemeenschap Segunda y Cajas, werd deze strategie

Page 39: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

39

minder belangrijk in het protest tegen het mijnbouwproject. Toch blijkt uit de getuigenissen van mijn

informanten dat zij nog steeds controleren welke auto’s langs de ‘hoofdweg’ passeren, die de

verschillende caserios met elkaar verbindt. Ook tijdens de bijeenkomst van de gemeenschap Segunda

y Cajas met de burgemeester van Huancabamba was dit één van de belangrijkste punten op de

agenda. De lokale boeren hadden de laatste tijd een verdachte witte auto gezien, vermoedelijk van

het mijnbouwbedrijf. Tijdens de bijeenkomst werden plannen gemaakt om wegblokkades op te

zetten voor het geval deze auto terugkomt.

Naast wegblokkades werden in het verleden vooral protestmarsen als drukkingmiddel gebruikt.

Zonder geweldintentie evenwel. De lokale bevolking legde steeds de nadruk op een vredevolle

optocht. Veel van deze marsen eindigden echter in hevige conflicten met bloedige afloop, onder

meer door het hardhandig optreden van de politie. Met de nadruk op het geweldloze karakter van

deze acties, wil de bevolking ingaan tegen ‘het verzet als vorm van terrorisme’ dat in de Peruaanse

media wordt gesuggereerd.

Daarnaast is de participatie van de lokale leiders in dialoogplatformen, die een gelijke participatie

van alle partijen garanderen, ook één van de strategieën om de standpunten van de gemeenschap

kenbaar te maken. Enorm belangrijk voor de lokale leiders is de erkenning van de resultaten van de

volksraadpleging in 2007 als voorwaarde voor deelname aan de onderhandelingstafels. Deze

volksraadpleging was een nieuwe strategie als reactie op het feit dat de houding van de regionale en

centrale regeringen, ongeacht de voorgaande protesten van de lokale bevolking, niet wijzigde.

Volgens Magdiel Carrión Pintado van CONACAMI heerst bij de regeringen nog steeds een mentaliteit

die gekenmerkt wordt door onverschilligheid en arrogantie (De Echave et al., 2009, p. 382). De

volksraadpleging in 2007 werd een nieuwe manier om de wil van de lokale bevolking duidelijk te

maken. Toen ook de resultaten van deze stemming niet werden erkend door de regeringen, besloot

men opnieuw over te gaan tot een nieuwe collectieve actie: een protestmars naar de regionale

regering in de stad Piura.

Naast het verzet tegen de mijnbouw, is de zoektocht naar een visie van duurzame ontwikkeling,

eveneens een belangrijke strategie in de collectieve weerstand van de lokale gemeenschappen. Zo

startte de gemeente van Carmen de la Frontera, in het district van Sapalache, in 2008 met een plan

voor een economische en ecologische indeling van de zone (zonificación ecológica). Het voorstel

werd gepresenteerd in samenspraak met de lokale bevolking. Momenteel werkt men aan de

uitwerking van zonificación ecológica, waarin beslist zal worden hoeveel grondgebied aan onder

meer bossen en landbouw zal toegewezen worden. Wel werd al met zekerheid besloten dat

Page 40: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

40

mijnbouwactiviteiten geen deel mogen uitmaken van deze ecologische en economische verdeling

van het gebied.

“Er bestaan reeds decreten en resoluties van de gemeenschappen om ecologische parken

te creëren. De ecologische reservaten worden door de nationale regering als

onaantastbaar verklaard, maar de regionale regering en de gemeenschappen moeten

ook de mogelijkheid krijgen om parkgebieden af te lijnen. Plaatsen dus, waar geen

mijnbouw mag komen. De nationale regering moet met deze verklaringen telkens

rekening houden.” (Manuel Guerrero)

5.2.2. ETNICITEIT ALS BINDMIDDEL

“Ik ben 66 jaar oud. Ik ben hier geboren en heb mijn hele leven hier gewoond”. Met deze getuigenis

van een vrouw met een traditionele hoed vestigt de campagnevideo ‘Mining in Paradise?’ meteen de

aandacht op de factor etniciteit. Even later in de campagnevideo wordt uitgelegd dat de lokale

bevolking in de getroffen gebieden zich sterk identificeert met haar culturele traditie. Manuel

Guerrero, algemene vertegenwoordiger van El Central de Rondas Campesinas de Huancabamba,

vertelt:

“Wij weten dat ons potentieel ginds wordt beschermd, ginds in de nevelige hooglanden, in

het binnenste van de heuvels. In het binnenste van deze bergen ligt onze geschiedenis en

onze traditie. En ook een betere toekomst.”

Het inheemse karakter van de bevolking wordt in het discours van de leiders in de sociale strijd

telkens opnieuw benadrukt en wordt gebruikt als een strategisch kenmerk voor de ontwikkeling van

een collectieve identiteit. Etniciteit stellen we in deze context niet gelijk aan uiterlijke kenmerken.

We hanteren de definitie van VN-rapporteur Martínez Cobo voor de Commissie voor

Mensenrechten:

Page 41: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

41

“Indigenous communities, peoples and nations are those which, having a historical

continuity with pre-invasion and pre-colonial societies that developed on their territories,

consider themselves distinct from other sectors of the societies now prevailing on those

territories, or parts of them. They are determined to preserve, develop and transmit to

future generations their ancestral territories, and their ethnic identity, as the basis of their

continued existence as peoples, in accordance with their own cultural patterns, social

institutions and legal system.” (UN, 2004, p. 2).

De term ‘inheemse gemeenschappen’ wijst, met andere woorden, vooral op de oorspronkelijke

bewoners van een bepaald grondgebied die een eigen culturele traditie hebben. Uit de interviews

met de lokale bevolking blijkt dat dit collectieve frame, dat de nadruk legt op etniciteit, volledig

wordt overgenomen. Heel vaak legt men de nadruk op de strijd die hun voorouderen hebben

geleverd tegen de vroegere veroveraars, zoals de Spaanse kolonisator, om het grondgebied van de

eigen gemeenschap Segunda y Cajas te beschermen. Het respect voor de voorouders en het door de

cultuur ingegeven band met het land maken dus deel uit van het collectief actieframe. De lokale

boeren benadrukken steeds dat het bedrijf geen toestemming heeft voor het betreden van hun

gronden, waarvan enkel zij de rechtmatige eigenaars zijn.

Manuel Guerrero, algemene vertegenwoordiger van El Central de Rondas Campesinas de

Huancabamba,wil echter niet spreken van ‘indigenous people’:

“Voor onze boerengemeenschap Segunda Y Cajas bestaat de term ‘indígena’ niet. Het is

immers afkomstig van de term ‘indigente’ (arm, hulpzoekend). Een ‘indigente’ is een

persoon die geen rol heeft in de maatschappij. We moeten daarom spreken van

autochtone gemeenschappen, wat eveneens betekent dat deze gemeenschappen hier al

vanaf het begin wonen.”

“De regering gebruikt de term ‘indígena’ zodat wij niet kunnen participeren in de

staatsstructuren, want van een ‘indigente’ wordt niet verwacht dat hij nadenkt of iets

onderneemt. De term ‘indígena’ is een belediging voor onze gemeenschap.”

Tijdens de talrijke vormingssessies, die georganiseerd worden door NGO’s en lokale regeringen voor

de lokale boeren, wordt een bewustzijn van een lange voorvaderlijke geschiedenis gecreëerd. Vaak

wordt de nadruk gelegd op de geschiedenis van Huancabamba, waar tijdens de Spaanse verovering

de oorspronkelijke bevolking, ‘los indios Huancabambinos’, verdeeld werden in encomiendas. Het zijn

Page 42: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

42

deze voorvaderlijke gemeenschappen die de origine zijn van onder meer de gemeenschap Segunda y

Cajas. De lokale bevolking wordt dus bewust gemaakt van het feit dat zij deel uitmaken van zeer oude

gemeenschappen, ‘comunidades ancestrales’.

In het strijddiscours wordt eveneens aandacht geschonken aan de verschillende cultureel-historisch

belangrijke sites in de provincies Ayabaca en Huancabamba. Daarnaast wijst de lokale bevolking

steeds op het in standhouden van hun oude magisch-religieuze culturen. In het district El Carmen de

la Frontera bevinden zich de Huaringameren, die een zeer belangrijke culturele waarde hebben. De

naam van deze meren verwijst naar een woord uit het Aymara en betekent ‘de kracht van God’. De

meren zijn voor de lokale bevolking zeer belangrijk omwille van hun esoterische traditie die al

duizenden jaren meegaat. Genezingen met behulp van natuurlijke kruiden door sjamanen behoort

tot een voorvaderlijke ritueel-religieuze cultuur.

Volgens Mario Tabra, een lokale leider in het nabijgelegen stadje Ayabaca, moeten de lokale

gemeenschappen terug oog hebben voor hun afkomst. Hij stuurt aan op projecten die gericht zijn op

de unificatie en de hereniging van de lokale bevolking in de provincies Ayabaca en Huancabamba,

maar ook met de nabijgelegen gemeenschappen in het zuiden van Ecuador.

“We zijn allen broeders en leven in contact met de natuur. We moeten terug het

traditionele leven (‘la vida ancestral’) herenigen. Onze broeders in Ecuador zijn sinds meer

dan 500 jaar van ons gescheiden geraakt door de Spaanse kolonisator. Er werden

artificiële grenzen gevormd, die ervoor zorgden dat we vreemden voor elkaar werden en

zelfs vijanden. Het is onze doelstelling om elkaar opnieuw te ontmoeten en samen te

ontdekken hoe we nog steeds weerstaan aan opdringerige, vreemde culturen, die geen

oog hebben voor onze verbondenheid, solidariteit en complementariteit. Dit zijn gronden

van een ancestrale bevolking die zelf nog stamt van voor de periode van de Inca’s. We

hebben ons samen gedurende meer dan 500 jaar tegen vreemde culturen heeft verzet.

Vandaag moeten wij ook samen strijden tegen de internationale bedrijven die onze

gronden bedreigen.”

“Ons doel is het organiseren van samenkomsten waarbij we verschillende thema’s

behandelen, zoals het territoriumthema of de filosofie van de Andes en de principes van

verwantschap en reciprociteit. Dit zal ons toelaten om onszelf en onze gemeenschappelijke

geschiedenis te herontdekken en te weten waar onze toekomst ligt.”

Page 43: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

43

Lokale leiders gebruiken met andere woorden duidelijk een strategisch etnisch discours. De nadruk

ligt op het feit dat deze inheemse gemeenschappen al sinds mensenheugenis op deze gronden leven.

Door te focussen op etniciteit proberen de lokale leiders een brug te slaan tussen de verschillende

gemeenschappen in de regio, die dan één front moeten vormen tegen de komst van buitenlandse

mijnbouwondernemingen. Op deze manier wordt een collectieve identiteit gevormd, gebaseerd op

etnische kenmerken. Tarrow (1998) spreekt in dit verband over een ‘geërfde identiteit’. Het

ancestrale grondgebied wordt een symbool van de collectieve identiteit en legitimeert de claim op

het land door de lokale bevolking (Tarrow, 1998).

Door het voorstellen van de eigen inheemse cultuur als een mogelijk uitstervende cultuur, bedreigd

door het mijnbouwproject Río Blanco, worden emoties als woede en angst opgeroepen bij de lokale

bevolking. Tarrow (1998, p. 110-112) wijst op het belang van het opwekken van emoties in een

collectief actieframe. Hevige emoties stimuleren immers de burger om acties te ondernemen,

gelegitimeerd door de bedreiging van de eigen cultuur. Tijdens de jaarlijkse bijeenkomst voor de

verjaardag van de gemeenschap Segunda y Cajas worden de lokale boeren dan ook toegesproken

met “Pueblo, hermanos, estamos luchando por defensa de nuestra cultura!” (“Dorpsgenoten,

broeders, wij strijden om onze cultuur te verdedigen!”).

5.2.3. ‘LA NATURALEZA ES LA VIDA’

“Mijn moeder was eens ernstig ziek. We gingen geregeld naar het ziekenhuis, maar dat hielp niet.

Toen dronk ze zoet water van hier in de bergen. Ze genas meteen. Bloemen en water hebben een

genezende kracht. De natuur geeft ons leven. Het is zoals het hart van een lichaam, maar dan voor de

wereld.” (Valentino, Huancabamba)

In het collectief actieframe van de NGO’s en de lokale leiders, wordt niet alleen de link tussen de

voorvaderen en het land van de lokale gemeenschappen benadrukt. Naast de aandacht voor de

culturele waarde van land, ligt de focus ook op het land als bron van het leven. Land en water

worden steeds als noodzakelijke bronnen voor het voortbestaan van de inheemse gemeenschappen

gezien. Het discours van de activisten stelt daarbij duidelijk een duurzame ontwikkelingsvisie voorop,

Page 44: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

44

die niet overeenstemt met een puur economische kortetermijnvisie op land. Een landbouwer uit de

caserio Cumbicus verwoordt het als volgt:

“De centrale regering luistert niet naar ons. Zij verkoopt haarzelf, enkel en alleen voor een

paar centen. Maar hier in Huancabamba profiteren de boeren, campesinos, van de

landbouw en veeteelt. Van onze bossen en het zoet water. Het is duidelijk dat dit zo moet

blijven. De mijnbouw zal de natuurlijke omgeving vernietigen.”

Land wordt in het discours van de activisten telkens beschreven als een noodzaak voor het overleven

van de eigen gemeenschap. De nadruk ligt hierbij vaak op de toekomst van de eigen kinderen, zoals

een boer uit Cajas Canchaque beschrijft:

“Ik wil mijn rechten verdedigen. Voor morgen, voor mijn kinderen. Ik wil niet dat zij

achterblijven in een regio met vervuild water, verdreven van hun land, zodat ze niet meer

aan landbouw kunnen doen. Hoe moeten zij dan wel nog overleven?”

Het is opvallend hoe de plaatselijke strijdende boeren het discours van de NGO’s en lokale leiders

letterlijk overnemen. Het zijn dan ook de NGO’s en lokale sociale organisaties die de inheemse

gemeenschappen bewust maakten van de bedreiging van hun grondgebieden. In hun getuigenissen,

benadrukten de boeren heel vaak dat ze zich onwetend voelen en weinig informatie krijgen over de

mogelijke gevolgen en voordelen van een mijnbouwproject in de regio. Meer dan eens vroegen

lokale boeren tijdens gesprekken naar mijn persoonlijke visie op hun situatie, omdat zij zelf, naar

eigen zeggen, te weinig weten over de vermoedelijke impact van een mijnbouwproject. De meeste

lokale boeren in de bezochte caserios baseren zich volledig op het discours dat door NGO’s en lokale

leiders van de gemeenschap gevoerd wordt. In een groepsgesprek met boeren van de caserio

Cumbicus werd het volgende verteld over informatiemomenten die georganiseerd werden door

NGO’s, rondas campesinas en andere lokale leiders:

“Vroeger wisten we niets van de hele situatie. Tot het moment dat een ingenieur kwam,

die gecontacteerd was door onze lokale leiders. Hij kwam ons vertellen wat de gevolgen

zullen zijn van mijnbouwactiviteiten. Nadien kwamen ook enkele mannen met video’s,

waarin beelden werden getoond van plaatsen waar momenteel exploitaties aan de gang

zijn. Op die video’s zagen we dat waar er vroeger water was, er nu geen water meer is. We

zagen beelden van stervende dieren en van schapen die hun wol verloren. Vanaf dat

Page 45: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

45

moment zijn de mensen hier bewust geworden van de hele situatie en hebben we ons

georganiseerd.”

De focus op de teloorgang van land en water in het discours van de leiders in de protestbewegingen,

zorgt ervoor dat de lokale boeren zich bedreigd voelen in hun livelihoodvoorzieningen. De huidige

landbouwactiviteiten worden hierbij lijnrecht tegenover de alles vervuilende open-pit

mijnbouwactiviteiten geplaatst. In de getuigenissen van de lokale boeren werd steeds duidelijk dat zij

“hun eenheid met de prachtige natuur” willen benadrukken. Het bewustzijn over de kracht en de

noodzaak van de natuur staat hierbij steeds centraal.

“Wij hebben hier altijd van de biologische landbouw geleefd. Steeds zonder problemen en

altijd in harmonie en vrede met de natuur.”

“Wij zijn er ons allemaal bewust van welke mooie natuur God ons geschonken heeft. Alles

wat je hier kan zien, is natuurlijk. We hebben bossen en natuurlijk water. En al onze

planten groeien zonder kunstmest, zonder artificiële of industriële additieven. Onze

landbouw is in harmonie met de natuur.”

Het accentueren van de nauwe band tussen het land en de inheemse boeren, toont de buitenwereld

het beeld van een ecologisch bewuste boerenbevolking. De nadruk ligt op die manier op het feit dat

de plaatselijke boeren over het ‘symbolische kapitaal’ beschikken om in deze regio te leven. Dit idee

versterkt de legitimatie voor hun strijd om het behoud van hun grondgebieden (Conklin & Graham,

1995, p. 694-695).

De associatie, door een groot deel van de lokale bevolking, van open-pit mijnbouw met kale en

verontreinigde landschappen enerzijds, en de focus op een biologische landbouw met respect voor

natuur anderzijds, voert het debat terug naar een eenvoudige keuze tussen ‘dood’ en ‘leven’.

Meermaals vestigden mijn gesprekpartners de aandacht op het feit dat de natuur de bron is van alle

leven (“La naturaleza es la vida”). Mijnbouwactiviteiten worden daarentegen gekoppeld aan beelden

van doodse landschappen waar alles verontreinigd is. Voorstanders van mijnbouw worden door de

activisten dan ook gezien als personen die niet overtuigd zijn van het surplus dat de natuur, de

bossen, dieren en het water bieden. Dit onderscheid tussen ‘dood’ en ‘leven’ en een verschillende

visie op natuur creëert twee groepen die lijnrecht tegenover elkaar staan: een ‘wij’- en een ‘zij’-

groep. De activisten omschrijven zichzelf als de vertegenwoordigers van de natuur (“nosostros del

medio ambiente”) of als het volk van het platteland. De ‘zij’-groep, de voorstanders van

Page 46: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

46

mijnbouwactiviteiten, worden door de activisten als “zij die enkel en alleen voor het geld kiezen,

zonder respect voor de natuur” omschreven. De ‘zij’-groep omvat in dit geval alle lokale voorstanders

van het mijnbouwproject Río Blanco, alsook het bedrijf zelf en de nationale regering. De lokale

activisten geven een volledig andere waarde aan de extractie van mineralen en benadrukken steeds

weer hun verschillende visie met de staat en het mijnbouwbedrijf:

“De centrale autoriteiten onder Alan García zijn enkel geïnteresseerd in big business, maar

niet in het leven van lokale landbouwers. Zij eten vermoedelijk enkel goud in plaats van

voedsel, zoals wij produceren.“ (José, Cajas Canchaque)

Een andere lokale boer uit Cajas Canchaque spreekt als volgt over de plaatselijke landbouwers van de

eigen gemeenschap, die wel overtuigd zijn van het mijnbouwproject:

“Zij die voorstander zijn van de komst van het bedrijf, houden niet van de landbouw en de

natuur. Zij kiezen enkel voor het geld dat ze kunnen krijgen van de mijnbouwonderneming.

Het is een vorm van gemakzucht en luiheid. Zij willen niet werken, maar enkel vlug geld

verdienen. Ikzelf wil niet de hele dag stilzitten. Wij, landbouwers, willen wel werken en

genieten van de natuur.”

De visie op landbouw, arbeid en natuur vormt dus een belangrijk onderdeel van het collectief

actieframe bij het vormen van een collectieve identiteit, waarbij landbouwers lijnrecht tegenover

mijnbouwvoorstanders geplaatst worden. In het discours van de lokale activisten is geen

mogelijkheid tot het verzoenen van beide economische activiteiten. Manuel Guerrero,

vertegenwoordiger van de gemeenschap Segunda y Cajas, vertelt dat geen enkele voorstander van

de minerale ontginningen de gronden van de gemeenschap mag betreden voor industriële

doeleinden, zelfs niet wanneer hij die wil uitvoeren met veel zin voor sociale verantwoordelijkheid en

voor nauwe samenwerking met de inheemse gemeenschappen:

“Op die manier zouden we zelf meewerken aan de vernieling van de natuur. Het bedrijf zal

op termijn vernietigen en er zullen geen andere mogelijkheden van tewerkstelling meer

zijn. Wat blijft er dan nog over voor ons?”

Lokale voorstanders van het Río Blanco-project binnen de gemeenschap Segunda y Cajas delen

deze drastische tegenstelling tussen landbouwers en mijnbouwers niet. Zij geloven dat het

Page 47: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

47

mijnbouwproject er kan komen, in combinatie zelfs met verschillende landbouwprojecten, zodat

ook de landbouw kan overleven.

5.2.4. DE ROL VAN GENDER IN HET COLLECTIEF ACTIEFRAME

Naast etnische framing en het creëren van een ‘wij’- en ‘zij’-groep op basis van een verschillende

visie op natuur, wordt in het collectief actieframe van NGO’s ook speciale aandacht gegeven aan de

rol van de vrouw in de sociaal-ecologische strijd. Maar ook binnen de boerengemeenschappen zelf,

zijn er telkens aparte vrouwenbewegingen. Vrouwenorganisaties spelen een belangrijke rol bij het

bewustwordingsproces van de vrouw in de provincie Huancabamba. De Asociación de Mujeres

Trabajadoras Campesinas de la Provincia Huancabamba (AMHBA) vertegenwoordigt de verschillende

basiscomités van de caserios in de provincie Huancabamba. De organisatie werd opgericht in 1993

als antwoord op de ongelijkheid tussen man en vrouw en het ingewortelde machisme in Peru. Het

AMHBA werkt voor verschillende projecten samen met El Instituto de Apoyo al

Movimiento Autónomo de Mujeres Campesinas (IAMAMC) om de situatie van de vrouw in de

provincie Huancabamba te verbeteren.

Aan de hand van vormingssessies en workshops proberen NGO’s en vrouwenorganisaties de lokale

vrouwen te verenigen en hen een groter bewustzijn bij te brengen. Tijdens vrouwenbijeenkomsten

wordt gefocust op onder meer de lange geschiedenis van uitsluiting van de vrouw van het platteland.

Voorts worden thema’s rond autonomie, gevoel van eigenwaarde, mensenrechten, seksuele rechten,

voortbestaan en empowerment aangesneden. Dit alles met het doel om hun identiteit te verrijken

met nieuwe waarden en om hen te stimuleren zelf beslissingen te nemen. María Esther van het

vrouwencomité van de caserio Cumbicus vertelt:

“Onze vrouwenorganisatie hier in Cumbicus was zeer belangrijk voor de mobilisatie van de

vrouwen in de strijd tegen het bedrijf. We gingen naar bijeenkomsten en vormingssessies,

die georganiseerd werden door NGO’s. Op die manier kwamen we te weten wat onze

rechten zijn en kregen we meer bewustzijn over verschillende thema’s.”

De nadruk van gender in het collectief actieframe van NGO’s kan gezien worden als een strategisch

mobilisatiemiddel in de strijd tegen het mijnbouwproject. De sociale organisaties wensen de

Page 48: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

48

deelname van vrouwen en jongeren in lokale organisaties en tijdens sociale protesten te stimuleren.

De aandacht gaat dan vooral naar de complementaire rollen van mannen en vrouwen in de sociaal-

ecologische strijd. Dit kan enkel door de vrouwen bewust te maken van de negatieve gevolgen van

mijnbouwactiviteiten en de implicaties die ze zullen hebben op hun eigen leven.

De sociale organisaties, die zich richten op de vereniging en de vorming van inheemse vrouwen,

leggen in hun discours de nadruk op de essentiële relatie tussen de inheemse vrouwen en de natuur.

Door te benadrukken dat de teloorgang van de natuur vooral veel gevolgen zal hebben voor de

vrouwen, ontwikkelen de lokale vrouwen een groter bewustzijn van een gedeelde bedreiging van

hun levensomstandigheden. Tijdens vormingsmomenten en andere bijeenkomsten worden land en

natuurlijke bronnen, zoals water, gedefinieerd als uitermate belangrijk voor de uitvoering van de

dagelijkse taken van de vrouwen. Zo hebben de vrouwen niet alleen de taak om mee het land te

bewerken voor de landbouw. Ze moeten ook instaan voor de dagelijkse aanvoer van water en

brandhout binnen elk gezin. Voorts moeten ze elke dag zorgen voor de bereiding van de maaltijden

en valt de gezondheidszorg van het gezin ook heel vaak op hun schouders. Daarnaast is het vooral de

taak van de vrouw om de kinderen op te voeden. De belangrijke taak van het grootbrengen van een

volgende generatie rust dus volledig op hun schouders.

“Ik wil mijn kinderen een toekomst kunnen geven in een omgeving zonder vervuiling. Mijn

kinderen moeten met een goede gezondheid kunnen opgroeien.” (Rosa, Cajas Canchaque)

“De rol van vrouwen in de gemeenschap is zeer belangrijk. Ze helpen hun echtgenoten in

de strijd tegen het mijnbouwproject. Ze hebben het bewustzijn gekregen dat ook zij de

baas over hun land zijn. Bovendien hebben ze vooral inzicht gekregen in de specifieke rol

die zij hebben in de gemeenschap én in de strijd.” (Benito Guarnizo, voorzitter van de

gemeenschap Segunda y Cajas)

Het discours van de vrouwenorganisaties benadrukt heel vaak het groter belang van participatie van

de vrouw in de strijd tegen de vervuilers van de natuur dan die van de man. De redenering is

duidelijk: de dagelijkse taken van de vrouw zijn volledig gebaseerd op het gebruik van natuurlijke

bronnen in de omgeving. De bedreiging van deze verschillende verantwoordelijkheden, waarvan het

moederschap één van de belangrijkste is, verantwoordt de participatie van de vrouw aan collectieve

acties. Op die manier krijgen ook de vrouwen uit het groene heuvellandschap een politieke identiteit

(Aliaga, 2009; De Echave et al., 2009).

Page 49: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

49

“De vrouwen stonden in veel mobilisaties en optochten steeds op de eerste rij. Op die

manier werden vrouwen steeds meer betrokken bij het bestuur van de gemeenschap. Dit

heeft hen niet enkel tot het niveau van participatie als actievoerders gebracht, maar

eveneens tot binnen het beleid om beslissingen te nemen.” (Magdiel Carrión Pintado)

5.3. VERANDERENDE GENDERRELATIES

Zoals we hierboven zagen, zorgde de aandacht voor het element gender in het collectief actieframe

ervoor dat vrouwen zich verenigden en begonnen deel te nemen aan protestacties. Hierdoor werden

zij steeds meer betrokken bij het overleg binnen de gemeenschap en werden ze dus meer

empowered. De ontwikkeling van het bewustzijn en een politieke macht bij de vrouwen had tot

gevolg dat de relaties tussen de mannen en de vrouwen in de gemeenschap onderling voor een groot

deel wijzigden.

“Vroeger werd er niet veel aandacht gegeven aan de vrouw. Dat is onder meer een gevolg

van het machisme in heel Latijns-Amerika. Maar nu weet de vrouw wat haar rechten zijn

en weet ze dat zij ook belangrijk is binnen de gemeenschap. Dit bewustzijn zorgde voor

een verandering in de relatie tussen man en vrouw.” (Benito Guarnizo, voorzitter van de

gemeenschap Segunda y Cajas)

Verschillende studies over vrouwenactivisme, zoals onder meer die van Bayard de Volo (2003), tonen

aan dat de deelname aan workshops en aan collectieve acties de ontwikkeling van een

empowerment bij vrouwen stimuleert, waardoor ook het zelfbeeld van de vrouwen verandert.

Empowerment kunnen we hierbij definiëren als “een proces van versterking waarbij individuen (…)

greep krijgen op de eigen situatie en hun omgeving en dit via het verwerven van controle, het

aanscherpen van kritisch bewustzijn en het stimuleren van participatie” (Van Regenmortel, 2002, p.

76).

Page 50: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

50

Door de persoonlijke ontwikkeling van de vrouw veranderen de machtsrelaties tussen mannen en

vrouwen. Rowlands (1998) onderscheidt vier soorten van machtsverhoudingen: ‘power over’, ‘power

from within’, ‘power with’ en ‘power to do’. ‘Power over’ is de meest dominante vorm van macht en

verwijst naar een situatie van volledige dominantie. De drie andere vormen van power bieden

alternatieven voor deze ondergeschikte rol. De eerste vorm ‘power from within’ verwijst naar het feit

dat het bewustzijn van de vrouwen, door middel van de bijeenkomsten en vormingen, toenam. Het

heeft betrekking op de invulling die de vrouwen aan hun zelfontwikkeling geven en verwijst naar een

groeiend gevoel van eigenwaarde en zelfvertrouwen. Tijdens de vrouwenbijeenkomsten werd ook de

‘power with’ versterkt, aangezien het gevoel gecreëerd werd om samen iets aan de bedreigende

situatie te kunnen veranderen.

De ‘empowerment to do’, de macht om zelf vernieuwend gedrag te tonen en zelf tot actie over te

gaan, vloeide voort uit de ontwikkeling van nieuwe vaardigheden bij de vrouwen. De vrouwen

slaagden erin om via de workshops en vormingen hun verlegenheid langs de kant te schuiven. Dit

veranderde de relatie tussen man en vrouw en veroorzaakte gedragsveranderingen in het

straatbeeld:

“Voorheen was het vreemd om een man en een vrouw, die niet getrouwd zijn, samen te

zien wandelen door de straten. Vandaag is dat wantrouwen voor het grootste deel

verdwenen.” (Magdiel Carrión Pintado)

“Vroeger hadden we schrik om met een andere persoon te praten. Die angst spelen we nu

beetje bij beetje kwijt. In ieder geval, we hebben geen schaamte meer om te praten met

andere mensen die van buitenaf komen.” (vrouw uit Cumbicus)

Door de participatie aan vormingen begonnen de vrouwen steeds meer op te komen voor hun

rechten. Vroeger gingen enkel de echtgenoten naar bijeenkomsten van de gemeenschap, terwijl de

vrouw steeds thuis moest blijven. Het nemen van beslissingen en participeren in reünies van lokale

boeren was uitsluitend weggelegd voor de mannen.

“Vroeger, voor de strijd tegen het mijnbouwbedrijf, verlieten we nooit ons huis. We bleven

steeds thuis, werkend op onze boerderij, terwijl onze mannen naar de vergaderingen

gingen. Wij, vrouwen, wisten toen niets van buitenaf. We waren ons niet bewust van het

bestaan van sommige problemen.” (Maria Esther, Cumbicus)

Page 51: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

51

“Onze echtgenoten verboden ons het huis te verlaten. We moesten binnen blijven om te

koken en om op de kinderen te passen. Ze gaven ons geen enkele aandacht. Maar nu,

dankzij de vormingen, weten we dat wij dezelfde waarde hebben.” (vrouw uit Cumbicus)

Geleidelijk aan kregen ook de mannen het bewustzijn dat de vrouw haar eigen rechten heeft. De

verandering in het gedrag van de vrouwen, die voortaan wel naar (vrouwen)bijeenkomsten van de

gemeenschap gingen, werd in het begin angstvallig onthaald door de mannen. In mijn interviews

verklaarden de lokale boeren dat ze eerst met argwaan keken naar de gedragsveranderingen van hun

vrouwen. Ook Maria Esther, leidster van het vrouwencomité in de caserio Cumbicus, beschrijft hoe

haar echtgenoot in het begin sceptisch reageerde:

“In het begin stond hij zeer afkerig tegenover de bijeenkomsten voor vrouwen. Onze

mannen in het dorp waren bang. Ze hadden niet graag dat we samenkwamen en te horen

kregen wat onze rechten waren. Mijn man was bang dat ik de leiding over hem ging

overnemen. Gelukkig veranderde beetje bij beetje ook de opinie bij de mannen. Nu vormen

de vrouwenbijeenkomsten geen enkel probleem meer voor mijn echtgenoot.”

De participatie van de vrouwen in de sociaal-ecologische strijd had, met andere woorden, als gevolg

dat er steeds meer gelijkheid tussen de man en vrouw ontstond. Tijdens mijn observaties in de

verschillende caserios was duidelijk te zien hoe de vrouwen zich geëmancipeerd hadden en steeds op

de voorgrond traden in een groep. Zo waren enkele vrouwen bij de bijeenkomsten van de

gemeenschap Segunda y Cajas telkens weer het meest actief in groepsdiscussies. Tijdens een

samenkomst met de burgemeester van Huancabamba zaten zij vooraan in de zaal en participeerden

mee in het gesprek, terwijl de meeste mannen samen achteraan zaten en zelden een inbreng deden

in het groepsgesprek. Het was opvallend hoe verscheidene vrouwen veel meer emoties, strijdlust en

doorzettingsvermogen toonden dan vele mannen uit dezelfde caserio.

Het groeiende gevoel van eigenwaarde en het toenemende belang van de rol van de vrouwen in

bijeenkomsten en protestacties had bovendien als gevolg dat de relatie tussen man en vrouw ook in

het huishouden veranderde. Enkele vrouwen uit Cumbicus vermelden dat ze veel mondiger zijn

geworden en dat er daardoor meer communicatie binnen het huishouden plaatsvindt. Ook met de

eigen kinderen is er meer conversatie volgens hen. De voorzitter van de gemeenschap Segunda y

Cajas, Benito Guarnizo, spreekt van een meer democratie in de meeste huishoudens. Omdat de

vrouwen voortaan ook buitenshuis taken vervullen, veranderen ook de taken binnen het gezin.

Page 52: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

52

“Als er een samenkomst plaatsvindt waar ik aanwezig moet zijn, moet er gezorgd worden

dat alle huishoudelijke taken op voorhand gebeurd zijn. Daarom is er nu meer

communicatie met mijn man over de verdeling van de taken. De karweien moeten meer op

elkaar afgestemd zijn. Waar ik voorheen de meeste taken uitvoerde, dient mijn man nu

soms enkele huishoudelijke opdrachten over te nemen, zodat ik naar de vergaderingen kan

gaan.” (Maria Esther, Cumbicus)

Toch moet het duidelijk zijn dat deze veranderingen binnen het huishouden enkel ingang konden

vinden omdat vrouwen zeer actief zijn bij bijeenkomsten en protestacties. Andere vrouwen, die

minder op de voorgrond komen bij deelname aan collectieve acties, vonden dat er sinds de strijd

tegen het Río Blanco-project weinig veranderd is in het rollenpatroon man-vrouw.

Page 53: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

53

5.4. VAN VERBONDENHEID NAAR WANTROUWEN BINNEN DE

GEMEENSCHAP SEGUNDA Y CAJAS

Niet alleen de relaties tussen mannen en vrouwen veranderden als gevolg van het sociale conflict,

ook het sociale weefsel binnen de gemeenschap en binnen de families wijzigde heel duidelijk. Na

aflijning van een scherpe grens in het collectief actieframe tussen de ‘wij’- en de ‘zij’-groep, sloeg de

sfeer, binnen de gemeenschap, tussen de voorstanders en de tegenstanders van het

mijnbouwproject volledig om. Alle informanten getuigden dat het conflict de oorzaak is voor een

vertrouwensbreuk binnen de gemeenschap. Ze vertelden vol heimwee over de periode van voor hun

strijd tegen het bedrijf. Daarbij benadrukten ze telkens weer dat er nauwelijks problemen waren in

de gemeenschap en dat iedereen vredevol met elkaar leefde. De enige factor die de vrede binnen de

gemeenschap voor de komst van het bedrijf soms verstoorde, was de tijdelijke infiltraties van dieven,

die het vee bij de boeren kwamen stelen.

“Vroeger waren we allemaal één familie. We aanvaardden elkaar en droegen zorg voor

elkaar. Wanneer we, als boeren, ons begonnen te verenigen in rondas, verschrompelde

ook het fenomeen van de veediefstallen. Mensen die andermans bezit stalen, werden

langs de kant geschoven. Vanaf dan kwam er een klimaat van vrede en ontwikkeling in de

gemeenschap. Wat een mooie tijd.” (inwoner Cajas Tres Acequias)

“Wij, hier, in Huancabamba hadden een goed leven. Er waren nooit problemen tussen

buren of vreemden. Maar nu is het crisis.” (Julia Guerrero, in video ‘Mining in Paradise?)

“De sfeer in onze caserio was vroeger steeds rustig. Er heerste vrede. Vandaag is dat

jammer genoeg helemaal veranderd. Er is geen stabiliteit meer. De ene persoon denkt zo

en de andere anders. We begrijpen elkaar niet meer”. (Rosa, Cajas Canchaque)

Mijn informanten betreurden dus vooral feit dat er geen vertrouwen in niemand meer is. Eén van de

oorzaken van het wantrouwen binnen de gemeenschap, is de strategie van de bedrijven om mensen

te laten infiltreren in de gemeenschap. Meestal doen ze hiervoor een beroep op kinderen van de

lokale boeren die in Piura woonden of nog steeds wonen, die hun ouders moesten overtuigen van de

positieve gevolgen van een mijnbouwproject. Het gevolg is dat er heel wat ruzies ontstonden binnen

veel families, tussen ouders en kinderen, maar ook tussen broers en zussen (De Echave et al., p. 378).

Page 54: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

54

“Ik heb een zus die wel voorstander is van de mijn. Ik heb er geen contact meer mee. Ze

woont nu ergens anders, maar ik weet niet waar, het interesseert me ook niet. Ik dien nog

voor niets, ze wil me enkel gebruiken. Het is dan ook beter dat ik haar vermijd. Zij volgt

haar weg, ik de mijne.” (José, Cajas Canchaque)

Ook de strategieën van het bedrijf om cadeaus te geven aan bepaalde burgers, creëerde

verdeeldheid binnen de gemeenschap. Zo gaf het bedrijf onder meer met kerstmis broodjes,

speelgoed en schoolschriften aan de arme kinderen. De onderneming schonk ook enkele keukens

aan bepaalde gezinnen.

“Iemand die geschenken van het bedrijf aanvaardt, staat onmiddellijk bloot aan roddel

binnen de vergaderingen van de ronda. Ze sluiten hem daardoor uit de gemeenschap. Hij

wordt gestraft dus.” (inwoner Cajas Tres Acequias)

“Verscheidene mensen pakten het materiaal ‘s nachts mee zodat niemand hen zag. Maar

de mensen die spullen gekregen hebben, zijn best tevreden.” (Teniente Cajas Tres

Acequias)

Eén van de lokale boeren, Higinio, die wel positief staat tegenover het mijnbouwproject beschrijft

hoe de relatie met de andere boeren van de gemeenschap voor hem helemaal veranderde. Hij

spreekt zeer geëmotioneerd over de roddels die binnen de gemeenschap over hem verspreid werden

en hoe de boeren uit zijn caserio ook kwaad gingen vertellen over hem bij zijn vrouw en kinderen. De

man gaf in zijn getuigenis verscheidene keren aan hoe diep gekwetst hij is door deze veranderingen

in het alledaagse contact met de andere lokale boeren. Bovendien zei hij dat hij bang is om vermoord

te worden. Het vertrouwen tussen hem en de andere boeren is volledig verdwenen.

Page 55: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

55

Wanneer ik aankom bij Higinio in Cajas Tres Acequias, neemt hij me meteen mee naar zijn hoeve die

achter zijn huis staat. “Hier kan niemand ons zien, ik zou niet willen dat ze weer kwaad over me

spreken. En dat ze denken dat ik mijn mening aan andere mensen weer opdring.” Tijdens mijn interview

vraagt Higinio verscheidene keren om mijn dictafoon stop te zetten. “Ik wil je deze informatie vertellen

omdat ze volgens mij de waarheid is. Maar ik wil niet dat ik verdere problemen met de buren krijg. Ik

heb schrik.”

Wanneer ik de volgende dag naar de iets verderop gelegen caserio Cumbicus ga voor een

groepsgesprek met enkele boeren, word ik eerst uitgevraagd over mijn gesprek met Higinio. Eén

persoon had ons toch zien zitten naast de schuur. Het duurt een half uur voor ik terug het vertrouwen

van de boeren kan winnen en ze verder willen gaan met ons gesprek.

Fragmenten uit de getuigenis van Higinio:

“We hebben vaak bijeenkomsten over het waterkanaal dat zowel de gemeenschap in het hoger deel

van het gebergte van water voorziet, als de mensen hier in het lagere gedeelte. Hiervoor bestaat er een

comité dat bekijkt welke noden er bij de bevolking zijn en welke problemen er eventueel met het kanaal

zijn. Normaal gezien participeren we allemaal in de gesprekken tijdens de bijeenkomsten. Maar sinds

het sociale conflict is dit veranderd. We kwamen samen met ongeveer 800 personen, maar de voorzitter

van het comité liet slechts enkelen aan het woord. Enkel zij die zichzelf voorstellen als de verdedigers

van de natuurlijke omgeving mochten hun zeg doen. Normaal is dit een forum om over diverse thema’s

te praten, maar toen werd er enkel over de problemen rond het mijnbouwproject gesproken. Er werd

gezegd dat het bedrijf ons van het water zou afsluiten. En toen stelden de tegenstanders van de

mijnbouw dat er geen geul meer mocht lopen naar de mensen die de komst van de mijnbouwindustrie

toejuichen. Toen keken ze allen ook naar mij. Telkens ik wou praten, ontnamen ze mij die kans. Zo zijn

de problemen begonnen. Eerst was er een discussie. Die sloeg echter om tot een scheldpartij. Niemand

had nog vertrouwen in mij, enkel en alleen omdat ik wel positief denk over een toekomst met het

mijnbouwproject. Ze gingen zelfs naar mijn familie om mij in vraag te stellen.”

Page 56: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

56

Tijdens informele gesprekken met de lokale boeren, vertelden ze mij dat er heel wat mensen in de

caserios wonen, die misschien wel open staan voor het mijnbouwproject, maar dit niet durven te

uiten uit angst om uit de gemeenschap gestoten te worden. Het gevolg is dat slechts heel weinig

mensen in de caserios kenbaar maken voorstander te zijn van mijnbouwactiviteiten in de toekomst.

Eén van de gevolgen hiervan is dat er onderling wantrouwen is ontstaan tussen de lokale boeren. Dat

het moeilijk is om van iedereen te weten of ze al dan niet tegenstander of voorstander van het

project zijn, blijkt ook uit mijn groepsgesprek met de lokale boeren in Cumbicus:

Getuigenissen over de Internationale dag van de vrouw in Cajas Tres Acequias

“Nadien was er de internationale dag van de vrouw in onze caserio. Ze vielen ons aan en een meisje

kwam naar mij en zei: ‘Het is beter dat je beschutting zoekt.’. Ik zei nog dat ik niets van plan was en

dat ik ook niet zou weglopen. Maar ze waarschuwde mij nogmaals dat ze me zouden vermoorden.

Geleidelijk aan kreeg ik toch schrik en ben ik dan maar naar binnen gegaan. Ik hoorde het

geschreeuw en het tumult van op verre afstand. Toen is het tot een gewelddadige confrontatie

gekomen. Een zwangere vrouw hebben ze geslagen, waardoor ze later haar baby verloor. De

bijeenkomst ontaardde in een terroristische actie. Ze staken het podium, dat we zelf hadden

opgesteld, in brand. We hadden inderdaad steun gekregen van het bedrijf voor de organisatie van

deze avond. Ook om een muziekbandje te laten optreden. De muziekgroep bestond uit jongeren van

onze eigen gemeenschap. We kregen 2.000 soles om er een feest van te maken en de mensen te

laten dansen. Maar de boeren van onze gemeenschap staken de motorfiets van de band in brand en

stalen hun gitaren. Nadien zijn we naar Piura en Lima getrokken om aangifte te doen bij het

Defensoría del Pueblo.” (Higinio)

“Verscheidene zwangere vrouwen zakten met hun kinderen af naar Tres Acequias. Je moet weten dat

onze dorpen vergeten worden door de regeringsleiders. Dus, niemand ontvangt hier ooit iets voor de

Internationale Dag van de Vrouw. Nu echter ging men ons geschenken geven. Maar de geschenken

kwamen van het bedrijf. Iedereen geraakte gefrustreerd, begon te vechten en stoelen in brand te

steken. Het was zeer triestig om aan te zien. Sindsdien is de angst binnen de gemeenschap alleen

maar toegenomen.” (vrouw uit Cajas Shapaya)

Page 57: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

57

“Slechts van enkelen weten we dat ze voorstanders zijn van het mijnbouwproject. Maar

anderen laten hun gezicht niet zien. Ze vergaderen ’s nachts, waarschijnlijk in een gesloten

huis. Van sommigen weten we dat ze banden hebben met het mijnbedrijf doordat hun

stem te horen was op radiostations die positief staan tegenover het mijnbouwbedrijf. Op

de radio stelden ze zich op als leiders van de gemeenschap. Onterecht, ze zijn in onze ogen

enkel de leiders van het mijnbouwproject.” (inwoner Cumbicus)

Als gevolg van het sociale conflict, waarin de gemeenschap Segunda y Cajas verzeild is geraakt,

ontstond er zware verdeeldheid tussen de lokale boeren. Terwijl men woorden als ‘rust’, ‘vrede’ en

‘verbondenheid’ gebruikt voor de periode voor de mijnbouwdiscussie, spreekt men vandaag nog

slechts over angst en wantrouwen binnen de leefgroepen. In het volgende hoofdstuk zien we dat

verdeeldheid niet enkel veroorzaakt werd door de komst van het mijnbouwbedrijf, maar eveneens

door de aanwezigheid van NGO’s.

Page 58: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

58

6. DYNAMIEKEN BINNEN HET ACTIVISME VAN

SOCIALE BEWEGINGEN

In dit hoofdstuk wensen we enkele dynamieken te onderzoeken van de relatie tussen staat, civil

society-actoren en markt tijdens het sociale conflict in Huancabamba. Het protest van sociale

bewegingen wordt hierbij gezien als een dynamisch proces. Het doel is om enkele dynamieken

tijdens het activisme van sociale bewegingen tegen het licht te houden. Het lokaal protest tegen het

mijnbouwproject zien we als een complex proces van organisatie van sociale bewegingen tussen

verschillende actoren (Kraemer et al., 2011).

6.1. ECONOMISCHE SITUATIE EN HOUDING VAN REGERING:

BELANGRIJKE FACTOREN IN HET PROTEST

Het verzet tegen het mijnbouwproject Río Blanco mogen we niet bekijken als een vaststaand feit, wel

als een veranderend gegeven. Ook de evolutie in het gedrag van de individuele burgers speelt een

belangrijke rol. Tijdens mijn observaties en gesprekken werd duidelijk dat de drive om deel te nemen

aan collectieve acties en de mening over het mijnbouwproject bij heel wat personen in de provincie

Huancabamba wijzigden doorheen de laatste jaren. Hieronder vermelden we twee factoren die al

dan niet een grote invloed hadden op de verschuiving van opinies en actiegerichtheid, namelijk de

reactie van de staat en politie op collectief protest en de economische context van hun strijd tegen

mijnbouwactiviteiten.

Repressiviteit als verlammend effect?

Eén van de factoren die een invloed kunnen hebben op de wil om blijvend deel te nemen aan

protestacties, is het repressief optreden van de ordediensten. Sinds de prille dagen van het protest

tegen het Río Blanco-project vielen al zeven dodelijke slachtoffers. Bovendien werden vele

Page 59: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

59

deelnemers gewond of zelfs mishandeld. Eén van deze personen is José Ramirez uit Cajas Canchaque.

Bij een hevige confrontatie met de politie in zijn caserio verloor de man een been. Sindsdien kan hij

niet meer als landbouwer werken, waardoor alle taken op de rug van zijn vrouw vallen.

Opvallend is dat deze tragische gebeurtenissen geen of nauwelijks impact hebben op de boeren die

op de eerste rij meestrijden tegen het mijnbouwproject. In hun getuigenissen, vooral van lokale

boeren uit Cumbicus en Cajas Canchaque, verklaarden zij steeds geen angst te hebben van de politie.

Ook de vrouw van José Ramirez uit Cajas Canchaque deinst niet terug:

“Wanneer ik de volgende keer in aanraking zal komen met de politie, zal ik geen angst

hebben. Wanneer de regering niet wil luisteren naar het volk, is er maar één remedie die

overblijft: met al onze kracht ons grondgebied verdedigen.” (Rosa)

Tijdens mijn gesprekken met de lokale bevolking werd het duidelijk dat zij, die het hevigst betrokken

zijn bij het sociale conflict, net het minst angst hebben. Het onrecht dat hen aangedaan wordt door

het repressieve optreden van de staatsactoren, creëert bij hen vooral woede. Woede die uiteindelijk

wordt vertaald in de wil om steeds weer deel te nemen aan protestacties.

Heel veel lokale boeren zijn echter veel minder betrokken bij het sociale conflict en vertonen zich

nauwelijks op de voorgrond van de collectieve acties. De politieke ombudsman (teniente) van Cajas

Tres Acequias, waar de mensen over het algemeen iets minder hevig met ‘de’ strijd begaan zijn,

vertelt hoe angst een grote rol speelt in zijn caserio:

“De mensen zijn bang geworden, onder meer door de verdeeldheid binnen de

gemeenschap. Ook voor de protestacties lopen ze niet echt warm meer. Wanneer men

morgen tegen ons zegt: ‘Kom, ga meer met ons naar een protestactie’, dan zullen slechts

weinigen van deze caserio nog willen meegaan. Ze weten immers dat hen een

confrontatie met de politie wacht.”

Economische context

Een tweede factor die zeer belangrijk is voor de opinieverschuivingen rond het mijnbouwproject is de

economische context waarin de lokale boeren zich bevinden. Tijdens mijn observaties in de caserios

stelde ik dagelijks veel openbare dronkenschap. Vaak van ‘s morgens vroeg al. Velen van hen

Page 60: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

60

klaagden steeds over het gebrek aan werk en inkomsten, waardoor zij naar drank grijpen. De hoge

armoedecijfers en de werkloosheidsgraad in de provincie Huancabamba hebben een groot effect op

de publieke opinie over het mijnbouwproject.

De politieke ombudsman (teniente) van Cajas Tres Acequias ziet een verschuiving in de reactie van de

boeren uit zijn caserio. Terwijl er vroeger, volgens hem, niemand in zijn caserio voorstander was van

het mijnbouwproject, kent hij nu wel enkele personen die van mening zijn veranderd. Maar als

politieke autoriteit wil hij zich daar niet tegen verzetten, hij moet immers alle meningen van zijn

caserio vertegenwoordigen. Omdat hij contact hield met deze voorstanders van de mijn, werd hij in

vraag gesteld door de andere lokale boeren. Zij probeerden om hem, wegens zijn vermeende

sympathie voor het mijnbouwbedrijf, zijn functie af te nemen. De teniente getuigt over de

ommezwaai in de reacties van de inwoners uit zijn caserio:

“Omdat er geen tewerkstellingsmogelijkheden zijn, beginnen de mensen zich te

verzetten. Ook onze nieuwe burgemeester Ramiro Ibañez zal niet alle mensen, die hem

steunen, werk kunnen bezorgen. Verscheidene boeren beginnen dit te beseffen en

veranderen van mening.” (teniente Cajas Tres Acequias)

“We leven inderdaad al altijd van de landbouw. Maar die is niet winstgevend. We willen

een landbouw met nieuwe technologieën. Maar er verandert niets. Ik heb gehoord dat ze

nieuwe geavanceerde technologieën zullen gebruiken bij het mijnbouwproject. Misschien

is het toch een oplossing voor de armoede hier zonder al te grote vervuiling.” (Inwoner

Cajas Canchaque)

“De gemeentebesturen slagen er niet in om werk te creëren voor iedereen. Daarom zijn

er al behoorlijk veel mensen die willen dat het mijnbouwproject zich ontwikkelt, zodat

ook zij kunnen werken.” (Gabino, Huancabamba)

Page 61: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

61

De economische context waarin de lokale landbouwer Higinio een voorstander werd van het

mijnbouwproject

Als voorbeeld van de economische mogelijkheden die de context scheppen waarin individuen een visie

ontwikkelen omtrent het mijnbouwproject, bekijken we hieronder de getuigenis van Higinio. In de

volgende paragraaf richten we ons ook op de functie die Higinio tot zich nam in een organisatie dat door

het mijnbouwbedrijf werd gesteund.

Higinio woont reeds zijn hele leven in de caserio Cajas Tres Acequias. Hij ging slechts 5 jaar naar de

basisschool, die zich recht tegenover het huis van zijn ouders bevond. Als kind van twee landbouwers

hielp hij al snel mee op het veld. Vanaf zijn veertiende werkte hij elke dag in de landbouw. Zijn huis

bevindt zich op een centrale plaats in de caserio, daar waar ook het wandelpad naar de nabijgelegen

caserio Cumbicus begint. Op die manier had hij, tot voor het sociale conflict losbrak, veel contact met de

mensen in zijn omgeving. Hij participeerde steeds in de bijeenkomsten van de gemeenschap. Higinio

vertelt hoe hij plezier beleeft aan de arbeid in de landbouw, hoe hij echt kan genieten van de natuur.

“Ik sta elke dag op met veel zin om te werken. Ik voel me gelukkig wanneer ik mijn velden in

trek. De natuur, die ik hier in Huancabamba ervaar, heb ik nog niet in andere regio’s gezien.

Laat ons dus maar zeggen dat God ons een paradijs geschonken heeft.”

Volgens de man heeft de provincie Huancabamba enorm veel potentieel, zoals onder meer het toerisme

naar de Huaringa-meren en de landbouw. Op dit vlak heeft Higinio doorheen de jaren een andere

mening ontwikkeld dan die van de meerderheid binnen zijn gemeenschap. Volgens hem is de mijnbouw

ook één van de potentiele oplossingen voor de werkloosheid in de provincie Huancabamba. Het gebrek

aan economische middelen in de provincie noopt hem, naar eigen zeggen, tot een positieve attitude

tegenover mijnbouw. Het probleem ligt volgens hem voor een groot deel bij het lokale bestuur van de

districten en de provincie.

“De problemen en conflicten die ik vandaag zie, zijn voor mij een gevolg van wat ik al

jarenlang als het grote probleem in Huancabamba ondervind: een gebrek aan economische

middelen. Ik durf vrijuit te praten als het gaat over het beleid van de burgemeesters van de

districten en van de provincie. De waarheid is dat zij niets doen. Het enige wat zij voor ogen

hebben, is zelf zoveel mogelijk voordelen ontvangen. De anderen interesseren hen niet,

zolang hun families in goede omstandigheden kunnen leven.”

Page 62: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

62

Higinio verwijst onder meer naar het erbarmelijke niveau van onderwijs in de lokale scholen en de

slechte staat van de wegen in de provincie. Volgens hem is dit niet alleen het gevolg van de slechte wil

van de lokale regeringen, maar eveneens het gevolg van te weinig economische middelen. In dit verband

spreekt hij ook over herbebossingsprogramma’s:

“Er zijn veel zones die dringend herbebost moeten worden. Als het geen direct voordeel voor

Peru oplevert, dan wel voor andere landen, voor het milieu in het algemeen. Volgens mij zijn

er duizenden hectares die herbebost moeten worden in Huancabamba. Maar er gebeurt

helemaal niets. Mede door een gebrek aan middelen.”

Page 63: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

63

6.2. COUNTER MOBILIZATION VAN HET MIJNBOUWBEDRIJF

Heel vaak wordt in de literatuur over ‘anti-corporate movements’ een relatief eenzijdig beeld

geschetst van een homogene groep sociale actoren. De aandacht gaat dan naar een alliantie van

NGO’s en andere sociale bewegingen die samen strijden tegen bedrijven in een bepaald conflict

(Kraemer et al., 2011, p. 6). Echter, door bedrijven enkel als mikpunten binnen de strijd te

presenteren, wordt het potentieel van die bedrijven om ook zelf actoren te worden in activiteiten

van sociale bewegingen over het hoofd gezien. Davis et al. (2008) spreken in dat opzicht over

‘counter mobilization’. In ‘The Greenpeace Guide to Anti-Environmental Organizations’ (Atkinson,

1993) spreekt men van ‘astroturf-organizing’. Door dergelijke ‘counter-bewegingen’ kunnen

bedrijven op grassrootsniveau proberen om hun agenda door te drukken: "The use of such corporate

'front groups' enables corporations to take part in public debates and government hearings behind a

cover of community concern” (Geciteerd in: Rasmussen, 2002).

Ook het bedrijf Río Blanco Copper voerde een dergelijk strategie uit en gaf steun aan twee nieuwe

organisaties in de provincie Huancabamba, die de gemeenschap Segunda y Cajas zouden

vertegenwoordigen: het Frente de Unidad de la Comunidad Campesina de Segunda y Cajas en het

Frente de Defensa de los Intereses de la Comunidad de Segunda y Cajas. De opstart van dergelijke

organisaties die eenzelfde functie hebben als de Comunidad Campesina de Segunda y Cajas is een

duidelijke strategie van het bedrijf om zelf een actor te worden in activiteiten van sociale

bewegingen. Voorheen ontwikkelde het bedrijf al comités op die diverse vormingssessies aan de

lokale bevolking aanbood. De parallelle organisaties hadden als doel om ondersteuning te bieden aan

de sociale programma’s van het bedrijf. Een landbouwer uit Cumbicus vertelt:

“Op de radio stelden Juan Pusma en Higinio (Voorzitter en vice-voorzitter van het Frente

de Unidad) zich voor als de leiders van onze gemeenschap. Maar het zijn valse leiders.

Het zijn vertegenwoordigers van het mijnbedrijf.”

Een andere opvallende ontwikkeling was het feit dat de voorzitter van het Frente de Defensa de los

Intereses de la Comunidad de Segunda y Cajas, Leoncio Huaman, zich kandidaat stelde bij de

verkiezingen van de gemeenschap om voorzitter te worden. Leoncio bezocht de meeste caserios om

propaganda te voeren. Hoewel hij dat zelf ontkent, is bijna iedereen in Huancabamba ervan

Page 64: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

64

overtuigd dat die propaganda gesponsord werd door het mijnbouwbedrijf. Leoncio Huaman kreeg

uiteindelijk weinig steun van de gemeenschap en werd niet verkozen.

“Hij vertrok met een hoop geld. Hij gaf geschenken, t-shirts, luciferdoosjes, al dan niet

met cash geld erin. Hij organiseerde soms zelfs een middagmaal in enkele caserios. Het

bedrijf betaalde alles.” (inwoner Cajas Canchaque)

Dat Higinio, voormalig vice-voorzitter van het Frente de Unidad de la Comunidad Campesina de

Segunda y Cajas, overtuigd werd om in een organisatie, die opgezet was door het bedrijf, te

participeren, is eveneens duidelijk het gevolg van een context die gestuurd wordt door economische

omstandigheden.

“Het zijn deze armoedeproblemen die ik begon in te zien en waarbij ik vond dat we ons

moesten organiseren. Want deze problemen doorgeven aan onze kinderen, dat kan niet.

We moeten er nu een antwoord op vinden en volwassen oplossingen ontwikkelen. Ik

voelde mij verplicht om iets te doen en daarom nam ik de functie van vice-president van

het Frente de Unidad aan. We bundelden onze krachten en vergaderden. We zochten

naar oplossingen voor de problemen in Huancabamba.”

“Het bedrijf hielp ons met onze organisatie. Het nodigde ons uit op enkele

samenkomsten. Ik zal niet ontkennen dat we veel steun kregen. Maar steeds steun

zonder enige voorwaarde. Telkens wanneer we erom vroegen, kregen we praktische

hulp. Maar nooit zeiden ze ons wat we moesten doen. Enkel om bepaalde bijeenkomsten

te organiseren, kregen we ook financiële steun. Bijvoorbeeld met kerstmis of nieuwjaar

vroegen we hen om iets te willen schenken aan ons volk. We kregen schoolschriften,

potloden en broodjes (paneton).”

Naast het organiseren van bijeenkomsten en het implementeren van sociale programma’,

zoals onder meer de aanleg van betere wegen, was één van de strategieën van het bedrijf het

uitdelen van geschenken aan de gemeenschap Segunda y Cajas. Het bedrijf gaf, vaak via de

organisatie van Higinio, allerlei geschenken zoals broodjes, chocolade en schoolgerei aan de

lokale families.

Page 65: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

65

Tijdens mijn groepsgesprek met de boeren uit Cumbicus, een caserio met opvallend weinig

interne verdeeldheid, krijg ik te horen dat niemand, of misschien slechts een enkeling, ooit

geschenken van het bedrijf heeft aanvaard. Higinio ontkende dit verhaal. Hij zei dit:

“Het bedrijf helpt onze gemeenschap met goede bedoelingen. Het gaf ons bakstenen en

cement. Ook het project van de verbeterde keukens hielp verscheidene families. De

vrouwen moeten nu niet meer op de grond koken en kunnen gelijktijdig drie kookpotten

verwarmen. Maar de tegenstanders van de investeringen stuurden groepen op sommige

huizen af om de keukens te vernietigen. Nochtans had het bedrijf zeer goede

bedoelingen.”

“om onrust te vermijden schonken we de keukens daarom vaak zonder

medeweten van de omgeving. Vaak ongemerkt tijdens de nacht. Het is gewoon

een noodzaak voor sommige families. Mensen kwamen ook ‘s nachts voedsel

halen en keerden meteen terug naar hun huis.”

De negatieve reacties van de gemeenschap op de gift van ‘cadeaus’ door het bedrijf, waren

aanleiding tot een gewelddadige confrontatie tijdens een bijeenkomst in Cajas Tres Acequias in

het teken van de ‘Internationale Dag van de Vrouw’. De bijeenkomst werd georganiseerd door

Higinio en zijn organisatie. Wat een groot feest moest worden, eindigde in een ware veldslag.

Verscheidene boeren van de gemeenschap Segunda y Cajas vertelden dat de voorstanders van

de mijnbouw geviseerd en aangevallen werden.

De relatie tussen Higinio’s organisatie en de rest van de gemeenschap Segunda y Cajas werd

vanaf het begin getekend door veel haat. Hij kan dan ook weinig goeds vertellen over de

meeste leden van de gemeenschap. Volgens hem verdedigen ze niet de natuurlijke omgeving,

maar zijn ze enkel vertegenwoordigers van het geweld. Volgens Higinio betekenden de

gewelddadige acties en de bedreigingen het einde van de bijeenkomsten van zijn organisatie.

Hij stelt angst voor meer bedreigingen van de gemeenschap één van de redenen was voor het

stopzetten van de samenkomsten.

“Op de duur waren ik en mijn familie bang om het huis te verlaten. Ik had geen

vertrouwen meer. Maar sinds ik gestopt ben met mijn functie in de organisatie,

Page 66: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

66

lijkt alles een beetje bedaard te zijn. Vandaag verlaat ik weer mijn huis zonder

erbij na te denken.”

In 2008 diende het Frente de Unidad de la Comunidad Campesina de Segunda y Cajas

uiteindelijk een klacht tegen de milieuactivisten in bij de regionale regering. De organisatie

beschuldigde verscheidene personen van terrorisme, bendevorming, beschadigingen, diefstal

en slagen en verwondingen. De klacht werd uiteindelijk geklaseerd. Hij is typerend voor de

verdeeldheid die een sociale organisatie, gesteund door het mijnbouwbedrijf, kan zaaien

binnen een leefgemeenschap.

Page 67: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

67

6.3. NGO’S ONDER VUUR IN DE PROVINCIE HUANCABAMBA

6.3.1. VERTEGENWOORDIGING VAN DE RONDAS CAMPESINAS

De vertegenwoordiging van de boerengemeenschappen in de provincie Huancabamba gebeurt

via de centrale organisatie van rondas campesinas. In deze masterproef vermeldden we dat

Manuel Guerrero de vertegenwoordiger van de gemeenschap Segunda y Cajas is. Maar zijn

leiderschap wordt betwist door een groot deel van de provinciale bevolking.

De verdeeldheid bij de lokale bevolking is te merken in de organisatie van

boerengemeenschappen in Huancabamba. De provincie telt immers twee groeperingen van

alle rondas campesinas in de provincie: Een Central Nacional de Rondas Campesinas de

Huancabamba, met als voorzitter Pedro Velasco, en een Central Unica Provincial de Rondas

Campesinas de Huancabamba, met als voorzitter Duberly Martínez Bermeo. Beide organisaties

beweren dat zij bevoegd zijn voor de vertegenwoordiging van de boerengemeenschappen.

Volgens Duberly Martínez Bermeo is de organisatie van Pedro Velasco illegaal omdat deze niet

ingeschreven staat in de publieke registers. Gabino Zurita, de vorige voorzitter van de

organisatie van Duberly Martínez, verklaart:

“Wanneer morgen een nationale commissie naar hier afzakt om te zoeken naar

een oplossing voor de problemen in de provincie, dan zullen zij enkel de

organisatie van Duberly oproepen. Ik was één van de personen die de organisatie

wettelijk heeft ingeschreven. De organisatie van Pedro Velasco is nergens

ingeschreven en is bijgevolg illegaal.”

De ingewikkelde situatie van vertegenwoordiging wijten veel van mijn informanten aan de

aanwezigheid van NGO’s in Huancabamba. Zij wijzen op het feit dat de organisatie van Pedro

Velasco, en eveneens van de vertegenwoordiger van de gemeenschap Segunda y Cajas Manuel

Guerrero, financieel gesteund wordt door de NGO’s. Ze betreuren dat de NGO’s op deze

manier sociale conflicten veroorzaken tussen de lokale gemeenschappen zelf.

Page 68: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

68

“Manuel Guerrero leeft van deze situatie. Hij heeft geen ander werk. Dat geldt ook

voor Benito Guarnizo, voorzitter van de gemeenschap Segunda y Cajas, en voor de

burgemeester Ramiro Ibañez”.

Manuel Guerrero is zich bewust van het feit dat zijn organisatie, wettelijk gezien, de

gemeenschap niet mag vertegenwoordigen. Voorlopig heeft dit volgens hem geen gevolgen.

Hij verwijst daarbij naar de steun die ze krijgen van de gemeenschap Segunda y Cajas. Volgens

hem is de staat daardoor verplicht om de organisatie telkens op de roepen bij

dialooginitiatieven.

“Sinds 3 jaar hebben we voor de staat geen legitimiteit meer om de gemeenschap

te representeren, maar voor de gemeenschap zelf zijn wij hun enige legitieme

vertegenwoordigers.” (Manuel Guerrero)

In september 2010 vond een persconferentie in Piura plaats over de internationale campagne

‘Mining in Paradise?’. Ook personen van de organisatie van Duberly Martínez en leiders van

enkele boerengemeenschappen zakten af naar Piura. Zij wilden de manipulatie van

verscheidene NGO’s in de pers aanklagen. Volgens hen brengen de NGO’s valse lokale leiders

naar voor en brengen op die manier de gemeenschappen in verdeeldheid, in naam van een

sociaal-ecologische strijd. De aanklachten waren vooral gericht aan NGO’s zoals Red Muqui,

CooperAcción en FDSFN, maar ook aan lokale leiders die volgens de aanklagers de bevolking

illegaal representeren, enkel en alleen om er zelf voordeel uit te halen. De sociale organisaties

reageerden reeds op deze aantijgening en benoemen de heer Duberly Martínez een

‘misleider’. Volgens de organisaties is hij enkel geïnteresseerd in eigen economische

voordelen, maar niet in die van de gemeenschappen. Bovendien verklaarden zij de organisatie

van Duberly eveneens illegaal op basis van een andere wet van de rondas campesinas. De hele

polemiek bewijst dat de gemeenschappen in de provincie Huancabamba onderling enorm

verdeeld zijn. Een groot deel van de lokale bevolking legt de schuld hiervoor bij de NGO’s en

vraagt dat die zich terugtrekken (Chiroque, 2010, 18 september; Navarro, 2010, 18

september).

Page 69: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

69

“De NGO’s strijden enkel tegen het mijnbouwproject. Maar beseffen ze wel wat

onze situatie is? We hebben nieuwe economische mogelijkheden nodig. Maar daar

zorgen de NGO’s niet voor. Ze brengen voorlopig vooral verdeeldheid.” (inwoner

Cajas Canchaque)

6.3.2. HET VOLK AAN HET WOORD: ‘CORRUPTIE EN EIGENBELANG’

Het wantrouwen in de werking van de NGO’s in de provincie Huancabamba werd eveneens

opgewekt door de recente lokale verkiezingen. Een groot deel van de bevolking klaagt dat de

verkiezingen niet transparant zijn verlopen. Veel van mijn informanten duidden mij op het feit

dat de verkiezingen in Huancabamba eigenlijk gewonnen werden door een andere kandidaat,

namelijk Saona. Maar in het district El Carmen de le Frontera zou een enorme fraude

plaatsgevonden hebben.

Tijdens mijn observaties in de provincie werd dan ook duidelijk dat niet iedereen eenduidig

positief staat tegenover de nieuwe burgemeester Ramiro Ibañez.

“We begrijpen niet van waar de stemmen komen. In het district El Carmen de la

Frontera vond, in vergelijking met de vorige verkiezingen, een enorme stijging van

het aantal stemmen plaats. Onze vorige burgemeester won de verkiezingen met

6.000 stemmen. In deze verkiezingen haalde Saona 11.000 voorkeursstemmen,

maar toch slaagde Ramiro Ibañez erin om nog meer stemmen te halen. Vanwaar

al die stemmen plots komen? Geen idee.” (inwoner Cajas Tres Acequias)

De geruchten lopen dat Ramiro Ibañez, met hulp van de NGO’s, identiteitnummers van

overleden burgers gebruikte om een groter stemmenaantal te genereren. Deze opinies zijn

een duidelijk voorbeeld van het wantrouwen in NGO’s dat er bestaat bij een groot deel van de

bevolking.

Bij zijn aanstelling, besloot Ramiro Ibañez meteen om zichzelf een kleiner loon als

burgemeester toe te eigenen. Een beslissing die, normaal gezien, op veel positieve reacties van

Page 70: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

70

de bevolking zou moeten kunnen rekenen. Dat is echter nauwelijks het geval. Veel van mijn

informanten zien hier een populaire maatregel in en benadrukken dat dit gewoon mogelijk is

om dat hij veel geld krijgt van de NGO’s. Deze financiële steun aan bepaalde leiders schept

volgens mijn informanten een sfeer een verdeeldheid:

“De NGO’s creëren verdeeldheid in Huancabamba omdat ze enkel bepaalde lokale leiders

steunen. De andere gemeenschappen in de provincie Huancabamba werden zich hiervan

bewust en distancieerden zich.” (inwoner Huancabamba)

“Ze voeden de overtuiging dat ze bepaalde personen en groepen naar hun hand

proberen te trekken. Ze geven hen financiële bijdragen. Stevige financiële bijdrages.

NGO’s zoals Conacami, Fedepaz, CooperAccion spannen bepaalde mensen voor hun kar

die de gemeenschap moeten representeren. Maar zij zijn niet geïnformeerd door de

bevolking.” (Gabino, Huancabamba)

Ook de financiële steun aan andere lokale leiders, zoals aan Manuel Guerrero die de

gemeenschap Segunda y Cajas vertegenwoordigt, wordt enorm onder vuur genomen. Enkele

informanten zijn van mening dat deze leiders slechts uit persoonlijk financieel belang hun

functie op zich nemen. Ook de selectieve aandacht voor de gemeenschap Segunda y Cajas,

waarvan enkele leiders financiele steun krijgen, wordt door veel informanten enorm gehekeld.

“De NGO’s werken niet op het niveau van de provincia Huancabamba, maar bevinden

zich enkel bij de gemeenschap Segunda y Cajas. De andere gemeenschappen krijgen

geen aandacht van de NGO’s. Ondanks het feit dat er ook op hun grondgebied

mijnbouwconcessies rusten. De NGO’s verklaren hun aanwezigheid bij de gemeenschap

Segunda y Cajas omwille van het feit dat deze gemeenschap in een sociaal conflict

betrokken is. Maar ook de andere gemeenschappen zijn in conflicten betrokken. De

NGO’s moeten eigenlijk in alle gemeenschappen aanwezig zijn.”

“De naburige gemeenschappen hebben zich afgescheiden van de gemeenschap Segunda

y Cajas. Dat is één van de thema’s die leven in Huancabamba.” (Gabino, Huancabamba)

Page 71: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

71

7. BESLUIT

De sinds de jaren 1990 boomende mijnbouwsector in Peru zorgde voor een snelle integratie van de

Peruaanse economie in de wereldmarkt. De economische ontwikkeling vond echter niet plaats onder

een beleid dat respect opbrengt voor de inheemse gemeenschappen. Het grote aantal sociale

conflicten in Peru werd het logische gevolg van een regering die enkel gericht was op het aantrekken

van private investeringen en geen aandacht had voor de participatie van de Peruaanse burger en de

eerlijke verdeling van de winsten. Bovendien veroorzaakte de groeiende mijnbouwsector een

enorme milieu-impact en een stijgende landdruk. Verschillende grassrootsbewegingen in Peru

voeren nog steeds een sociaal-ecologische verdelingsstrijd om de eigen livelihoodsvoorzieningen te

beschermen. Ook het conflict tegen het mijnbouwproject Río Blanco in Noord-Peru beschouwen we

als een voorbeeld van het groeiende ecologismo popular in het Zuiden.

De strijd tegen het grote ontginninsproject van koper en molybdeen in de provincies Huancabamba

en Ayabaca resulteerde intussen al in verregaande gevolgen voor de inheemse gemeenschappen.

Sinds het begin van de protesten vielen al zeven doden en verscheidene gewonden. Daarnaast

werden lokale boeren tijdens één van de vele protestacties bedreigd en mishandeld. Vooral de

gemeenschap Segunda y Cajas uit de provincie Huancabamba kreeg het al hard te verduren.

In deze masterproef onderzochten we welke sociale dynamieken zich ontwikkelden (en nog steeds

verder ontwikkelen) tijdens het sociaal-ecologische verdelingsconflict in de provincie Huancabamba.

Daarbij keken we eerst naar de mobilisatieprocessen van de lokale bevolking. Hierbij werd duidelijk

dat zowel een duurzame visie, etniciteit als gender gehanteerd werden in het collectief actieframe

van NGO’s en andere sociale organisaties. Met als doel om een collectieve identiteit te ontwikkelen.

De vorming van een collectieve identiteit is een noodzakelijke voorwaarde voor de mobilisatie van de

lokale burger bij protestacties. Maar we zagen ook hoe deze collectieve identiteit een verandering

teweegbracht in de sociale relaties binnen de gemeenschap Segunda y Cajas. Waar voorheen deze

bevolkingsgroep van lokale boeren vrede en rust ademde, wordt hij nu geteisterd door angst en

wantrouwen.

Voorts bekeken we het sociale conflict als een evoluerend proces doorheen de tijd. Hierbij werd

duidelijk dat enkele lokale boeren zich steeds minder hevig in de strijd tegen het mijnbouwproject

zijn gaan opstellen. Aanleiding is de slechte economische toestand in de provincie Huancabamba.

Page 72: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

72

Ook angst voor nieuwe repressieve reacties van de politie heeft een verlammende werking op de

mobilisatiekracht binnen de gemeenschap. Toch één kanttekening hierbij: heel veel lokale boeren

deinzen niet terug voor het fenomeen angst. Met de herinnering aan gedode of gewonde

medeburgers ontwikkelen zich steeds meer haatgevoelens.

Een belangrijk gegeven in het sociale conflict in Huancabamba is de ontwikkeling van counter-

bewegingen door het mijnbouwbedrijf. Via deze sociale basisorganisaties probeerde het bedrijf zijn

gedachtengoed aan de lokale bevolking te verspreiden. Deze bewegingen brachten vooral veel

verdeeldheid binnen de gemeenschap. De organisaties stierven uiteindelijk een stille dood.

Tenslotte peilden we naar de publieke opinie over de rol van NGO’s in het sociale conflict. Een groot

deel van de provinciale bevolking staat zeer argwanend tegenover de komst van NGO’s en

beschouwen hen als de oorzaak van verdeeldheid tussen de verschillende gemeenschappen in de

provincie Huancabamba. De eenzijdige focus op de gemeenschap Segunda y Cajas en de financiële

steun aan enkele lokale leiders worden zeer kritisch bekeken door vele inwoners. Bovendien kregen

de NGO’s, tijdens mijn interviews, meermaals de kritiek van enkel tegen het mijnbouwproject te

strijden, maar niets te doen aan de zeer beperkte tewerkstelling in Huancabamba. Vaak kregen de

NGO’s de suggestie om de provincie te verlaten indien ze geen verandering kan brengen in deze hoge

werkloosheidscijfers. De grote armoede in Huancabamba, vooral op het platteland, kan de lokale

bevolking steeds meer in de richting van een mijnbouwproject drijven.

Page 73: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

73

8. LITERATUURLIJST

Geraadpleegde boeken en readers

Bebbington, A. (Ed.) (2007a). Minería, movimientos sociales y respuestas campesinas: una ecología

política de transformaciones territoriales. Lima. Instituto de Estudios Peruanos.

Bebbington, A., Connarty, M., Coxshall, W., O’Shaughnessy, H. & Williams, M. (2007). Minería y

desarrollo en el Perú: con especial referencia al proyecto Rio Blanco, Piura. Lima: Oxfam

Internacional; IEP; CIPCA; PSG.

Debruyne, P. (2008a). Voorbij het ecologische verdelingsconflict: de ruimtelijk-ecologische strijd voor

rechtvaardigheid in een volle wereld. In: Doom, R. (Ed.). (2008). Conflict en ontwikkeling.

Overleven n de grensgebieden van de globalisering. Gent: Academia Press, p. 357-386.

De Echave, J. (2009). Minería & conflictos sociales en el Perú. In: De Echave, J., Hoetmer, R. &

Palacios Panéz, M. (2009). Minería y territorio en el Perú: conflictos, resistencias y propuestas en

tiempos de globalización. Lima: Conacami, CooperAcción, Universidad Nacional Mayor de San

Marcos, Programa Democracia y Transformación Global. p. 107-131.

De Echave, J., Hoetmer, R. & Palacios Panéz, M. (2009). Minería y territorio en el Perú: conflictos,

resistencias y propuestas en tiempos de globalización. Lima: Conacami, CooperAcción,

Universidad Nacional Mayor de San Marcos, Programa Democracia y Transformación Global.

Escobar, A. (1995). Encountering Development. The Making and Unmaking of the Third

World. Princeton. Princeton University Press

Gamson, W.A. (1996). Talking politics. Cambridge: Cambridge University Press.

Harvey, D. (2003). The New Imperialism. Oxford: Oxford University Press

Klandermans, B. (1997). The social psychology of protest. Oxford: Blackwell.

Page 74: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

74

Martinez-Alier, J. (2002a). The environmentalism of the poor: a study of ecological conflicts and

valuation. Cheltenham, UK: Edward Elgar Pub.

Moncloa, A.A. (2007). NO pero SI Comunidades y Minería. Lima: CooperAcción.

Paredis, E. (2005, mei). Geprand tussen olie, reuzengarnalen en stortplaatsen. De wereldwijde strijd

voor ecologische rechtvaardigheid. De Gids op Maatschappelijk Gebied, nr. 5, p. 30-41.

Rowlands, J. (1998). A Word of the Times, but What Does it Mean? Empowerment in the Discourse

and Practice of Development. In: Afshar, H. & Maynards, M. (Eds.) (1998). Women and

Empowerment, Illustrations From the Third World. Londen: MacMillan Press. p. 11-34.

Ryan, B. (1992). Feminism and the women’s movement: Dynamics of change in social movement

ideology and activism. New York: Routledge.

Tarrow, S. (1998). Power in movement: social movements and contentious politics. Cambridge:

Cambridge University Press.

Tarrow, S. (2005). The new transnational activism. Cambridge: Cambridge University Press.

Tarrow, S. & Della Porta, D. (2005). Conclusion: Globalization, complex internationalism, and

transnational contention. In: Della Porta, D. & Tarrow, S. (Eds.). (2005). Transnational protest

and global activism. Lanham: Rowman & Littlefield. pp. 227 - 246.

UN. (2004). The concept of indigenous people. New York: UN.

Van Regenmortel, T. (2002). Empowerment en Maatzorg. Een krachtgericht psychologische kijk op

armoede. Leuven: Acco.

Page 75: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

75

Andere geraadpleegde literatuur

11.11.11. (2008a). Peru – Majaz: een absurde aanklacht. Geraadpleegd op 23 mei 2011 op het World

Wide Web:

http://www.11.be/11/component/one/artikel/detail/peru_majaz_absurde_aanklacht,102795

11.11.11. (2008b). Peru: aanklacht tegen milieuactivisten en lokale autoriteiten geklasseerd.

Geraadpleegd op 23 mei 2011 op het World Wide Web: http://www.11.be/11/111111-in-het-

zuiden/peru/artikel/detail/detail/peru_aanklacht_tegen_milieuactivisten_lokale_autoriteiten_g

eklasseerd,103085

11.11.11. (2009). Repressie in Peru: alweer 2 doden. Geraadpleegd op 23 mei 2011 op het World

Wide Web: http://www.11.be/11/111111-in-het-

zuiden/peru/artikel/detail/detail/repressie_peru_alweer_2_doden,103368

Appadurai, A. (2001). Deep democracy: urban governmentality and the horizon of politics.

Environment & Urbanization 13 (2). p. 23-44.

Aprodeh. (n.d.). Serios peligros para los derechos humanos. Geraadpleegd op het World Wide Web

op 2 mei 2011:

http://www.aprodeh.org.pe/criminilizacion/documentos/tripticocriminilizacion.pdf

Bayard de Volo, L. (2003). Analyzing politics and change in women’s organizations. International

Feminist Journal of Politics, 5 (1), p. 92-115.

Bebbington, A. (2000) “Re-encountering development: livelihood transitions and place

transformations in the Andes” Annals of the Association of American Geographers, 90 (3). p.

495-520.

Bebbington, A. (2007b). Social movements and the politicization of chronic poverty, Development

and Change, 38(5): p. 1-27.

Bebbington, A., Bebbington, D.H., Bury, J., Lingan, J. Muñoz, J.P. & Scurrah,M. (2008). Mining and

social movements: struggles over livelihood and rural territorial development in the Andes.

World Development 36, (12). p. 2888-2905.

Page 76: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

76

Benford, R. & Snow, D. (2000). Framing processes and social movements: an overview and

assessment. Annual Review of Sociology, Vol. 26. p. 611-639.

Bond, P. (2007). Transcending two economies. Africanus: Journal of Development Studies 47 (2).

Burgos, Y., Coasaca, J. & Valcárcel, V. (2003, December). La globalización: análisis e impacto en el

Perú. Industrial Data: Vol. (6) 2: p. 20-26.

Business Monitor International (BMI). (2010). Peru: mijnbouw, kwartaal II – 2011. Geraadpleegd op

29 april 2011 op het World Wide Web: http://www.agentschapnl.nl/onderwerp/peru-

mijnbouw-kwartaal-ii-2011

Catapa. (2009, 20 maart). Dialoog over Rio Blanco Copper S.A. hervat in San Ignacio. Geraadpleegd op

19 mei 2011 op het World Wide Web: http://www.catapa.be/nl/node/177

Catapa. (2010a). Peru: de Río blanco-case. Geraadpleegd op 11 mei 2011 op het World Wide Web:

http://www.catapa.be/en/node/14

Catapa. (2010b). Mining in Paradise? Internationale campagne ‘No-go zones for mining’. Gent:

Catapa.

Chacón, R. (2008, 16 augustus). Perú: conflictos mineros. Geraadpleegd op 14 mei 2011 op het World

Wide Web:

http://www.ciberjure.com.pe/index2.php?option=com_content&do_pdf=1&id=4269

Chiroque, J. (2010, 18 september). No quieren a las ONG en Huancabamba. La Républica.

Conklin, B. & Graham, L. (1995). The shifting middle ground: Amazonian Indians and Eco-politics.

American Anthropologist, 97 (4). p. 695-710.

Davis, G. F., Morrill, C., Rao, H., & Soule, S. A. (2008). Introduction: Social movements in organizations

and markets. Administrative Science Quarterly, 53. P. 389-394.

Page 77: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

77

Debruyne, P. (2008b). Duurzame ontwikkeling geprangd tussen post-politieke consensus en de

emancipatorische strijd voor ‘rechtvaardige duurzaamheid’. Lezing ‘Lerend Netwerk DO’ Brussel

20/10/2008.

De Echave, J. (2004). Dialogue processes: Evolution and stages. In: International Development

Research Centre (IDRC). (2004). Conflict, consensus and dialogue in the mining sector.

Montevideo: MPRI, IDRC. p. 4.

Defensoría del Pueblo. (2007). Los conflictos socioambientales por actividades extractivas en el Perú.

Geraadpleegd op het World Wide Web op 4 mei 2011:

http://www.defensoria.gob.pe/modules/Downloads/informes/extraordinarios/inf_extraordinari

o_04_07.pdf

Defensoría del Pueblo. (2008). A cinco años de los procesos de reparación y justicia en el Perú.

Balance y desafíos de una tarea pendiente. Lima: Defensoría del Pueblo.

Defensoría del Pueblo. (2009). Decimotercer informe anual de la Defensoría Del Pueblo. Lima:

Defensoría del Pueblo.

Defensoría del Pueblo. (2011). Reporte de conflictos sociales no. 86. Lima: Defensoría del Pueblo.

De Walsche, A. (2007). De ecologie van de armen. De ecologisch-economische benadering van Joan

Martinez-Alier. Oikos 41. p. 26-35.

El Comercio. (2007, 8 mei). Defensoría del Pueblo alerta sobre 26 conflictos por actividad minera.

Geraadpleegd op het World Wide Web op 5 mei 2011: http://www.business-

humanrights.org/Links/Repository/526145

El Tiempo de Piura. (2009, 25 december). Comuneros de Segunda y Cajas eligieron a nuevo

presidente. Geraadpleegd op 19 juni 2011 op het World Wide Web:

http://gua30.lamula.pe/2009/12/25/comuneros-de-segunda-y-cajas-eligieron-a-nuevo-

presidente

Page 78: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

78

El Regional de Piura. (2005, 3 augustus). Comuneros se retiran de Río Blanco tras cruenta acción de

policía nacional del Perú. Geraadpleegd op het World Wide Web op 23 mei 2011:

http://www.elregionalpiura.com.pe/archivosnoticias/2005_08/agosto_03/regionales_03.htm

El Regional de Piura. (2008, 17 februari). Interponen medida cautelar contra directiva de Segunda Y

Cajas. Geraadpleegd op 25 juni 2011 op het World Wide Web:

http://www.elregionalpiura.com.pe/archivonoticias_2008/febrero_2008/febrero_17/regionales

_17b.htm

Escobar, A. (1995). Construction nature. Elements for a post-structuralist political ecology. Futures,

vol. 28, nr. 4. p. 325-343.

Expreso. (2011). SNMPE: Conflictos sociales impiden desarrollo de minería. Geraadpleegd op het

World Wide Web op 24 juni 2011: http://www.perumineria.com/2011/02/17/snmpe-conflictos-

sociales-impiden-desarrollo-de-mineria/

Extractive industries review. (2003). Striking a better balance; Volume I The World Bank Group and

Extractive Industries. Geraadpleegd op het World wide web op 4 april 2011:

http://irispublic.worldbank.org/85257559006C22E9/All+Documents/85257559006C22E985256F

F6006843AB/$File/volume1english.pdf

Fierro, R. A. (2010, 5 juli). Minería: “La riqueza se va, lo pobreza se queda”. Geraadpleegd op het

World Wide Web op 6 mei 2011:

http://www.swissinfo.ch/spa/sociedad/Mineria:_La_riqueza_se_va,_la_pobreza_se_queda.html

?cid=15337918

Gambetta, R. (2009). A note of Growth and Inequality in Peru, 2003-2008. Geraadpleegd op 25 april

2011 op het World Wide Web: http://mpra.ub.uni-

muenchen.de/16986/1/MPRA_paper_16986.pdf

Gonzalez, P. (2007, 8 januari). Indiginous people and mining. Geraadpleegd op 27 april 2011 op het

World Wide Web: http://www.portofentry.com/site/root/resources/analysis/4407.html

Inei. (n.d.). Perú en cifras. Geraadpleegd op 9 mei 2011 op het World Wide Web:

http://www.inei.gob.pe/

Page 79: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

79

International Development Research Centre (IDRC). (2004). Mining and Sustainable Developments

Series No. 2: Mining Royalties. Montevideo: MPRI; IDRC.

Janssens, D. (2009). Spanningen rond gepland mijnbouwdistrict in Noord-Peru eisen twee

mensenlevens. Geraadpleegd op 19 mei 2011 op het World Wide Web:

http://www.catapa.be/nl/nieuws/612

Kraemer, R., Whiteman, G.M. & Banerjee, B. (2011). Farewell to resistance: a process perspective on

social movements and identity in translocal spaces. Geraadpleegd op 20 mei 2011 op het World

Wide Web: http://www.egosnet.org/jart/prj3/egosnet/data/uploads/OS%202010/W-093.pdf

La República. (2007, 11 juni). Una mina los divide. Geraadpleegd op 27 juni 2011 op het World Wide

Web: http://www.larepublica.pe/11-06-2007/una-mina-los-divide

La Republica. (2009, 3 december). Acusan a policía por muerte de comuneros en Huancabamba.

Geraadpleegd op 21 mei 2011 op het World Wide Web: http://www.larepublica.pe/03-12-

2009/acusan-policia-por-muerte-de-comuneros-en-huancabamba

Martinez-Alier, J. (2002b). The environmentalism of the poor. A report for UNRISD for the WSSD.

Geraadpleegd op 12 juli 2011 het World Wide Web:

http://www.rcade.org/secciones/comisiones/comisiones/decol/jalier.PDF

Minería online. (n.d.). Rio Blanco requerirá inversion de US$ 1,440 millones. Geraadpleegd op 11 mei

2011 op het World Wide Web:

http://www.mineriaonline.com.pe/pagedeta.asp?idtipo=3&idpage=85

Moeskops, B. (2007). Mijnbouw in Peru: op zoek naar de waarheid. Antwerpen: IPIS.

Navarro, J. (2010, 18 september). Comunidades marcan distancia de ONG “ambientalistas”. El correo

de Piura, p. 3.

Nores, J. (2010, 8 november). Concesiones mineras suben como espuma. La Républica, p. 14.

Page 80: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

80

Observatorío de Conflictos Mineros en el Perú. (2007). Primer informe de conflictos en Piura.

Geraadpleegd op 15 mei 2011 op het World Wide Web:

http://www.todosobrerioblanco.com/adjuntos/PrimerInformeObservatorioConflictosPIURA.pdf

Observatorío de Conflictos Mineros en el Perú. (2009). Segundo informe de conflictos en Piura.

Geraadpleegd op 15 mei 2011 op het World Wide Web:

http://www.todosobrerioblanco.com/adjuntos/SEGUNDO_INFORME_DE_CONFLICTOS_PIURA.p

df

Observatorio de conflictos mineros en el Perú. (2011). Sétimo informe. Lima: CooperAccion; Grufide;

Fedepaz.

Orihuela, C. E. (2008). Estimating genuine investment for the Peruvian mining sector (during 1992-

2005). Turialba: Latin American and Caribbean Environmental Economics Program; nr. 6.

Peruvian Times. (2010, 11 maart). Peru Ombudsman: social conflicts total 252 in february.

Geraadpleegd op het World Wide Web op 24 april 2011:

http://www.peruviantimes.com/11/peru-ombudsman-social-conflicts-total-252-in-

february/5274/

Rasmussen, S. (2002). Astroturf organizing: how corporate front groups use unwitting citizens to

advance corporate agendas. Mountain Xpress 10 (9), 15.

Rawat, R. (2005). Contemporary environmentalisms in the Indian context. Geraadpleegd op 4 juli

2011 op het World Wide Web:

https://docs.google.com/viewer?a=v&q=cache:VWidphM2aLIJ:prayaga.org/documents/paper-

indianenviro.pdf+jumping+of+scales+environmentalism+of+the+poor&hl=nl&gl=be&pid=bl&srci

d=ADGEESh9LbFOMcLWj7xGXrItub_YxK0UA9hptl4Am7bkAQjXKxavo1-

AXPhWK7RhvnpWbwOJmOp_Z-vg0eSUBfPyZleQvnsieFK-p1W0F9fvmtnHuNWNl3CJ-

bYWVyajqGhI0pUg1ji3&sig=AHIEtbTv-q7zB2IcW1gttBd_OjpNeNHJ2Q

Red Muqui. (n.d.). Piura: caso Huancabamba – Proyecto Rio Blanco. Geraadpleegd op 12 mei 2011 op

het World Wide Web:

http://www.muqui.org/index.php?option=com_content&view=article&id=272:piura-

caso-huancabamba-proyecto-rblanco&catid=14:observatorio-de-

conflictos&Itemid=16

Page 81: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

81

Red Muqui. (2008). Resumeninformative – Piura. Geraadpleegd op 19 mei 2011 op het World Wide

Web: http://www.muqui.org/observatorio/abril_mayo2008.htm

Riveros-Cayo, J. (2011, 6 februari). Wikileaks: Kuczynski is “influential governmentally” for Peru-based

mining companies. Geraadpleegd op het World Wide Web op 19 mei 2011:

http://www.livinginperu.com/news-14032-politics-wikileaks-kuczynski-is-

a%EF%BF%BD%EF%BF%BDinfluential-government-allya%EF%BF%BD%EF%BF%BD-peru-based-

mining-companies

RPP Noticias. (2009, 2 november). Dos muertos en ataque a mina Río Blanco en Huancabamba.

Geraadpleegd op 21 mei 2011 op het World Wide Web: http://www.rpp.com.pe/2009-11-02-

dos-muertos-en-ataque-a-mina-rio-blanco-en-huancabamba-noticia_219611.html

Ryckeboer, L. (2010, 24 november). No-go zones in Peru. Geraadpleegd op 23 mei 2011 op het World

Wide Web: http://www.mo.be/artikel/no-go-zones-peru

Salazar, M. (2006, 25 augustus). 'Voluntary Payment' Instead of Taxes for Mining Firms.

Geraadpleegd op 19 april 2011 op het World Wide Web:

http://ipsnews.net/news.asp?idnews=34472

Salazar, M. (2008, 27 maart). The price of mining competitiveness. Geraadpleegd op 21 april 2011 op

het World Wide Web: http://ipsnews.net/news.asp?idnews=41765

Salazar, M. (2010, 10 december). Resistance to increasing mining royalties. Geraadpleegd op 19 april

2011 op het World Wide Web: http://ipsnews.net/news.asp?idnews=53840

Tanaka, M., Huber, L., IEP, Revesz, B., Diez, A., CIPCA, Ricard X., De Echave, J. & CBC. (2007, oktober).

Minería y conflicto social. Economía y Sociedad, 65, p. 7-17.

The Guardian. (2011, 31 januari). US embassy cables: Mining companies worried about security.

Geraadpleegd op het World Wide Web op 19 mei 2011: http://www.guardian.co.uk/world/us-

embassy-cables-documents/38881

Van Buyten, F. (2010, 20 september). Mijnbouw? Neen, bedankt! Geraadpleegd op 14 mei 2011 op

het World Wide Web: http://www.mo.be/artikel/mijnbouw-neen-bedankt

Page 82: Maarten De Ruyck - Ghent Universitylib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/790/590/RUG01-001790590... · 2012-03-14 · Tratando de locos asesinos A todo aquel que quiera ver Por fin nuestra

¿Agro si, mina no? Golven van sociale dynamieken binnen de controverse rond het mijnbouwproject Rio Blanco in Huancabamba, Noord-Peru.

82

Willems, W. (2010). 3 jaar na het “nee”: de campagnestart in de Andes van Piura. Geraadpleegd op

15 mei 2011 op het World Wide Web: http://www.mineriaenelparaiso.org/nl/node/3975

Willems, W. (2010, 10 december). De campagne in Noord-Peru: een terug- en vooruitblik.

Geraadpleegd op 15 mei 2011 op het World Wide Web: http://www.catapa.be/es/node/1099

Willems, W. (2011). Mining in Paradise?: de resultaten. Geraadpleegd op 23 mei 2011 op het World

Wide Web: http://www.catapa.be/nl/nieuws/1224

Willems, W. (2011, 8 februari). Bedrijven en VS bezorgd om protest tegen Peruaanse

mijnbouwprojecten. Geraadpleegd op het World Wide Web op 17 mei 2011:

http://www.mo.be/artikel/bedrijven-en-vs-bezorgd-om-protest-tegen-peruaanse-

mijnbouwprojecten